Würth DWSS 1/2 Traducción Del Manual De Instrucciones De Servicio Original página 51

In gebruik nemen
Persluchtvoorziening
Voor een goede werking van het product is gefil-
treerde, droge, geoliede perslucht in voldoende
hoeveelheid vereist.
— Bij het genereren van perslucht door verdichters
(compressor) condenseert het van nature in de
lucht aanwezige vocht en wordt verzameld als
condenswater in drukvat en leidingen.
— Dit condensaat moet door waterafscheiders wor-
den verwijderd.
Controleer dagelijks de waterafscheiders en leeg
deze, anders kan corrosie in het persluchtsysteem
en in het apparaat ontstaan en kan de slijtage
worden verhoogd.
Afvoeren aan het apparaat moeten direct bij het
koppelingspunt met een perslucht-onderhoudseen-
heid filter waterafscheider oli r worden uitge-
rust. Controleer dagelijks de oliër en vul deze (bij)
met geschikte olie.
Het luchtvolume is net zo belangrijk als de luchtdruk.
Vervuiling van de slangkoppelingen of water in het
systeem kan de luchtstroom zodanig belemmeren dat
het apparaat niet voldoende luchtvolume ter beschik-
king heeft, ook al is de weergegeven druk hoog.
Voordat naar een storing in het apparaat wordt
gezocht moet eerst de persluchttoevoer en de
persluchtbron op oorzaken, die de volumestroom
(vuil, water) beïnvloeden, worden onderzocht.
Sluit het apparaat aan op de pers-
luchtvoorziening (afb. II)
Verwondingsgevaar door falen van
snelsluitkoppelingen en daardoor
ongecontroleer rondslaande slangen.
Snelsluitkoppelingen niet direct
¾
aan het apparaat en niet onder
een minimumafstand van 20 cm
aanbrengen.
Let op !
De aandrijving van het apparaat moet altijd
voldoende gesmeerd zijn.
Vóór het eerste gebruik, dan dagelijks oliën.
¾
Indien het werktuig meerdere dagen niet
¾
gebruikt is, moeten ca. 5 druppels pneumatische
olie handmatig in de persluchtaansluiting
worden gebracht.
GEVAAR !
Let op !
Alleen gebruiken met schone, droge,
gecomprimeerde lucht met geregelde druk van
6,3 bar.
Schroef de slangaansluiting [8] aan de perslucht-
aansluiting [7] van het apparaat.
Schuif een geschikte slangklem [9] op de pers-
luchtslang [10].
Schuif de persluchtslang [10] tot aan de aanslag
op de slangaansluiting [8].
Bevestig de slangklem [9] kort voor het uiteinde
van de persluchtslang [10].
Stel de handgreep in (afb. I)
De handgreep [6] en de aan/uit-schakelaar [1]
kunnen om de lengteas van de handgreep worden
gedraaid en in 8 standen worden vastgezet (45°
raster).
Zekeringsring [5] opdraaien (afb. 1, a), tot de
handgreep naar achteren getrokken kan worden.
Handgreep in de in gewenste positie draaien.
Handgreep loslaten en zekeringsring dichtdraaien
(afb. 1, b), om de handgreep goed vast te
zetten.
Draairichting instellen (afb. I)
Die draairichting wordt door de letters " R" en "F"
aangegeven:
R linksloop
F rechtsloop
Draaimoment instellen (afb. I)
Op schakelaar [4] draaien en een getal van
1 tot 3 instellen.
1 is het kleinste draaimoment en 3 is het grootste
draaimoment.
Luchtafvoerkanaal instellen (afb. ) I)
Het luchtafvoerkanaal kan door enkelvoudig
draaien van de ring [2] individueel worden
ingesteld.
51