NEDERLANDS
Nadat u klaar bent met de service
en/of onderhoudsbeurt, moet eerst
de goede werking van alle veilig-
heidsvoorzieningen
worden.
9.1
Zaagblad vervangen
A
Gevaar!
Onmiddellijk na het zagen kan het
zaagblad erg heet zijn – Pas op
voor brandwonden! Laat een heet
zaagblad eerst voldoende afkoe-
len. Reinig een warm zaagblad
nooit met ontvlambare produc-
ten.
Ook bij een stilstaand zaagblad
bestaat er nog gevaar voor snij-
wonden. Bij het los- en vast-
draaien van de klemschroef moet
de zwenkbare beschermkap over
het zaagblad zijn gezwenkt. Trek
veiligheidshandschoenen aan als
u een zaagblad moet vervangen.
Gevaar door laserstraling!
Schakel de toesnijlaser bij onder-
houdswerkzaamheden steeds uit!
1.
Zaagkop met transportzekering in
de bovenste positie arreteren.
2.
Schroef (41) geheel eruit schroeven.
3.
Beweeglijke zaagbladafdekking (43)
naar boven zwenken.
4.
Rechter schroef (42) losmaken.
5.
Inbusbout (45) geheel eruit draaien.
6.
Zaagbladafdekking (43) en flensaf-
dekking (44) optillen en montage-
sleutel op de spanschroef zetten.
S
42
45
44
10
7.
Om het zaagblad te vergrendelen,
de vergrendelknop (46) drukken en
hierbij het zaagblad met de andere
gecontroleerd
hand draaien tot de vergrendelknop
vastklikt.
8.
Spanschroef op de zaagbladas (47)
met
(linkse schroefdraad!).
9.
Buitenflens en zaagblad van de
zaagbladas nemen.
A
middelen (bijvoorbeeld om harsres-
ten te verwijderen) die de lichtmeta-
len delen van het chassis zouden
kunnen beschadigen. De stabiliteit
van de afkortzaag zou erdoor kunnen
worden aangetast.
10. Reinig de klemvlakken:
41
11. Nieuw zaagblad opleggen –
op draairichting letten: van de linker
(geopende) kant uit gezien, moet de
pijl op het zaagblad met de richting
van de wijzers van de klok overeen-
stemmen!
A
geschikte zaagbladen, die voor het
maximaal toerental zijn geconstru-
eerd (zie "Technische gegevens") –
bij ongeschikte of beschadigde zaag-
bladen kunnen door de centrifugaal-
kracht delen explosieachtig worden
43
weggeslingerd.
Het is verboden om:
46
montagesleutel
losmaken
Gevaar!
Gebruik
geen
schoonmaak-
Zaagbladas (47),
zaagblad,
buitenste flens,
Binnenflens (48).
48
47
Gevaar!
Maak
slechts
gebruik
zaagbladen uit HSS-staal te mon-
teren,
beschadigde zaagbladen;
slijpschijven te monteren.
A
Gevaar!
Het zaagblad moet gemonteerd
worden met originele fabrieks-
klemflensen.
Gebruik nooit losse klemringen.
Het zaagblad zou vanzelf los kun-
nen komen.
De zaagbladen moeten uitgeba-
lanceerd zijn. Ze mogen niet tril-
len, anders kunnen ze tijdens het
werken vanzelf loskomen.
12. Buitenflens opschuiven –
De vlakke zijde moet naar binnen
wijzen!
13. Spanschroef opschroeven (linker
schroefdraad!) en handvast aan-
trekken.
Om het zaagblad te vergrendelen,
de vergrendelingsknop indrukken en
hierbij het zaagblad met de andere
hand draaien tot de vergrendelings-
knop vastklikt.
A
Gevaar!
U mag de steel van de sleutel niet
verlengen om het zaagblad stevi-
ger vast te kunnen zetten.
Trek de klemschroef niet aan met
slagen op de montagesleutel.
14. Zaagbladafdekking en flensafdek-
king weer monteren:
Inbusbout (45) inzetten en vast-
schroeven.
Rechter schroef (42) vastschroe-
ven.
15. Schroef (41) weer inzetten en vast-
schroeven.
16. Controleer de goede werking. Hier-
voor veiligheidsvergrendeling naar
opzij zwenken en de kapzaag naar
beneden klappen:
de beweeglijke zaagbladafdek-
king moet het zaagblad bij het
omlaag zwenken vrijgeven, zon-
der andere onderdelen te raken.
Bij het omhoog klappen van de
zaag in de uitgangspositie moet
de zaagbladafdekking automa-
tisch het zaagblad afdekken.
Zaagblad van hand draaien. Het
zaagblad moet zich in iedere
mogelijke verstelpositie kunnen
van
draaien, zonder andere delen te
raken.
9.2
Tafelinlegprofiel wisselen
A
Gevaar!
Als het inlegprofiel beschadigd
is, bestaat het risico dat kleine voor-
werpen tussen het inlegprofiel en het