Slim Duct Type
8
TIPS VOOR ECONOMISCH GEBRUIK
Zorg ervoor dat de kamertemperatuur aangenaam blijft
Reinig de luchtfilters
Verstopte luchtfilters verhinderen de werking van de airconditioner.
Open deuren en vensters niet vaker dan noodzakelijk is
Om de koele of warme lucht in de kamer te houden, mogen deuren
en ramen niet vaker geopend worden dan noodzakelijk is.
Gordijnen
Sluit tijdens het koelen de gordijnen om direct zonlicht te vermijden.
Sluit tijdens het verwarmen de gordijnen om de warmte binnen te
houden.
Maak een gelijkmatige circulatie van lucht in de kamer
mogelijk
Stel de luchtstroomrichting zodanig in dat de lucht in de kamer
gelijkmatig kan circuleren.
Aandachtspunten voor gebruik
• Controleer of de aardingsdraden correct verbonden zijn.
• Controleer of de luchtfilters geplaatst zijn.
• Schakel de aardlekschakelaar minstens 12 uur voor gebruik in.
Beveiliging
• De beveiliging onderbreekt de werking als de airconditioner
overbelast raakt.
• Als de beveiliging in werking treedt, houdt de airconditioner op
met functioneren en gaan het signaallampje en
afstandsbediening knipperen.
Als de beveiliging geactiveerd is
• Als de beveiliging geactiveerd is en de werking van de airconditioner is stopgezet, schakel dan
onmiddellijk de aardlekschakelaar uit en vraag de installateur om de oorzaak van het probleem te
achterhalen.
Als u de airconditioner nog gebruikt zonder dat het probleem hersteld is, kan die defect raken.
• Controleer of de luchtfilters geplaatst zijn.
Als de luchtfilters niet geplaatst zijn, kan de warmtewisselaar verstopt raken met stof, met een waterlek
als gevolg.
Bij koelen (COOL)
• Als de luchtinlaat en/of luchtuitlaat van de buiteneenheid geblokkeerd zijn.
• Als de luchtuitlaat van de buiteneenheid voortdurend aan hevige wind blootgesteld is.
Bij verwarmen (HEAT)
• Als de luchtfilters verstopt zijn door een teveel aan stof of vuil.
• Als de aanzuigopening en/of de uitblaasopening van de binneneenheid geblokkeerd zijn.
Schakel de aardlekschakelaar niet uit
• Schakel de aardlekschakelaar niet uit terwijl de airconditioner een werkingstest uitvoert. Gebruik de
ON/OFF-toets op de airconditioner om de stroomvoorziening te regelen.
13-NL
op de
– 133 –
Owner's Manual
Gelieve te reinigen
Blaast omhoog
Aanpassen van
de luchtstroom
Blaast omlaag