Gebruik
Selecteer de werkingsmodus
U moet mogelijk een van de volgende twee manieren kiezen om het apparaat in te stellen:
1) Auto Set-modus
In de Auto Set-modus kan het apparaat de temperatuurinstelling automatisch aanpassen
aan de omgevingstemperatuur en de temperatuurverandering in het apparaat. Als u geen
speciale vereisten heeft, raden wij u aan de Auto Set-modus te gebruiken (raadpleeg
'Auto Set-modus' verderop).
2) De modus handmatig veranderen
Als u de temperatuur van het apparaat handmatig wilt aanpassen om een bepaald soort
voedsel op te slaan, kunt u de temperatuur instellen via een toets voor het aanpassen van
de temperatuur (raadpleeg DE TEMPERATUUR AANPASSEN).
14
Alarm deur open
Wanneer de deur van de koelkast langer dan 1 minuut
open staat, dan klinkt het alarm voor deur open.
Het alarm kan worden uitgezet door de deur te sluiten
of het bedieningspaneel aan te raken. Als de deur langer
dan 7 minuten open blijft, worden het licht in het
compartiment en de verlichting van het
bedieningspaneel automatisch uitgeschakeld.
De temperatuur aanpassen
De binnentemperaturen worden beïnvloed door
de volgende factoren:
Omgevingstemperatuur
Frequentie van het openen van de deur
Hoeveelheid opgeslagen voedsel
Installatie van het apparaat
De koelkasttemperatuur aanpassen
1. Ontgrendel het paneel als het vergrendeld is door
op de toets 'F' te drukken.
2. Druk op de toets 'A' ('Fridge', koelkast) om het
koelgedeelte te selecteren. Er klinkt een alarm.
De werkelijke temperatuur in het koelkastgedeelte
wordt weergegeven.
3. Druk op de toets 'A' ('Fridge', koelkast)
om de koelkasttemperatuur in te stellen.
Bij elke druk op de toets klinkt een signaal.
De temperatuur gaat vanaf de ingestelde temperatuur
omlaag in stappen van 1°C tot 1°C en schakelt weer
door naar 9°C als u nogmaals drukt.
De optimale temperatuur in de koelkast is 4°C.
Koudere temperaturen betekenen onnodig
energieverbruik.
Als er 5 seconden lang geen toets wordt ingedrukt,
dan bevestigt dit automatisch de instelling.
NL