Temperatuur Instelling - Renfert Waxlectric I Instrucciones De Servicio

Waxlectric I + II
Nr. 2139 / 2140
NEDERLANDS
1. Inleiding
Het verheugt ons dat u een Waxlectric I/II
heeft aangeschaft. Dit apparaat is uniek
qua functies, prestaties, en zekerheid.
Gelieve de volgende aanwijzingen te lezen
om probleemloos en lang plezier van dit
apparaat te hebben.
2. Beschrijving / Toepassing
De Waxlectric is leverbaar in een 1-ka-
naals en een 2-kanaals versie, die beide
geschikt zijn voor alle modelleer- en
wasbewerkende werkzaamheden.
• Een externe netvoeding voedt het
modelleermes met 12 V laagspanning.
Dit vergroot voor u als gebruiker de
veiligheid bij dagelijks gebruik van de
Waxlectric.
• De bediening gebeurt via dichte
folietasters.
• Een bijzonderheid is de verwarming.
Deze bevinden zich in de modelleer-
pennen. De pennen reageren daarom
sneller op wijzigen van temperatuur. Ze
bestaan bovendien uit een speciale,
goed geleidende legering. Dit versterkt
hun thermische dynamiek aanzienlijk.
• Het elektronisch modelleermes is
uiterst onderhoudsvriendelijk. Het
oppervlak van de modelleerpennen is
niet veredelt. De pennen kunnen des-
gewenst probleemloos worden gesle-
pen. Mocht onverhoopt de verwarming
uitvallen, dan kunt u dit defect zeer
eenvoudig oplossen door de pennen te
vervangen.
• De modelleerpennen bereiken een max.
werktemperatuur van 200°C. Deze
temperatuur is liniair tussen 50-en
200°C in te stellen. Let er op dat u de
temperatuur niet te hoog instelt omdat
enkele wassoorten gevoelig zijn voor
oververhitting.
2.1 Omgevingscondities
Het apparaat mag enkel gebruikt worden:
• Binnen
• Tot op een hoogte van 2000 m boven
het normaal nulpunt
• Bij een omgevingstemperatuur tussen
5 en 40°C
• Bij een maximale relatieve vochtigheid
van 80% tot 31°C, lineair afnemend tot
50% relatieve vochtigheid bij 40°C
• Bij netvoeding, indien de spannings-
schommelingen niet groter zijn dan
10% van de nominale waarde
• Bij een overspanningskategorie-klasse II
• Bij verontreinigingsgraad 2
3. Montage / Ingebruikneming
→
zie afbeeldingen 1-4
4. Bediening
4.1 Aan-/Uitzetten:

4.2 Temperatuur instelling:

Instellen van de eenheid:
C
= O C
F
O
= F
Waxlectric I + II
Nr. 2139 / 2140
NEDERLANDS
1. Inleiding
Het verheugt ons dat u een Waxlectric I/II
heeft aangeschaft. Dit apparaat is uniek
qua functies, prestaties, en zekerheid.
Gelieve de volgende aanwijzingen te lezen
om probleemloos en lang plezier van dit
apparaat te hebben.
2. Beschrijving / Toepassing
De Waxlectric is leverbaar in een 1-ka-
naals en een 2-kanaals versie, die beide
geschikt zijn voor alle modelleer- en
wasbewerkende werkzaamheden.
• Een externe netvoeding voedt het
modelleermes met 12 V laagspanning.
Dit vergroot voor u als gebruiker de
veiligheid bij dagelijks gebruik van de
Waxlectric.
• De bediening gebeurt via dichte
folietasters.
• Een bijzonderheid is de verwarming.
Deze bevinden zich in de modelleer-
pennen. De pennen reageren daarom
sneller op wijzigen van temperatuur. Ze
bestaan bovendien uit een speciale,
goed geleidende legering. Dit versterkt
hun thermische dynamiek aanzienlijk.
• Het elektronisch modelleermes is
uiterst onderhoudsvriendelijk. Het
oppervlak van de modelleerpennen is
niet veredelt. De pennen kunnen des-
gewenst probleemloos worden gesle-
pen. Mocht onverhoopt de verwarming
uitvallen, dan kunt u dit defect zeer
eenvoudig oplossen door de pennen te
vervangen.
• De modelleerpennen bereiken een max.
werktemperatuur van 200°C. Deze
temperatuur is liniair tussen 50-en
200°C in te stellen. Let er op dat u de
temperatuur niet te hoog instelt omdat
enkele wassoorten gevoelig zijn voor
oververhitting.
2.1 Omgevingscondities
Het apparaat mag enkel gebruikt worden:
• Binnen
• Tot op een hoogte van 2000 m boven
het normaal nulpunt
• Bij een omgevingstemperatuur tussen
5 en 40°C
• Bij een maximale relatieve vochtigheid
van 80% tot 31°C, lineair afnemend tot
50% relatieve vochtigheid bij 40°C
• Bij netvoeding, indien de spannings-
schommelingen niet groter zijn dan
10% van de nominale waarde
• Bij een overspanningskategorie-klasse II
• Bij verontreinigingsgraad 2
3. Montage / Ingebruikneming
→
zie afbeeldingen 1-4
4. Bediening
4.1 Aan-/Uitzetten:
4.2 Temperatuur instelling:
Instellen van de eenheid:
C
= O C
F
O
= F