Originele stekkers en bijpassende stopcontacten verminderen het risico op een elektrische
schok.
• Gebruik de kabel alleen voor het doel waarvoor deze is ontworpen. Gebruik de kabel nooit om
het elektrische apparaat te dragen, eraan te trekken of los te koppelen. Houd het snoer uit de
buurt van hitte, olie, scherpe randen of bewegende onderdelen. Beschadigde of verwarde
kabels verhogen het risico op elektrische schokken.
• Als het gebruik van een elektrisch apparaat op een vochtige locatie absoluut noodzakelijk is,
gebruik dan een aardlekschakelaar om personen te beschermen.
2.5 GEBRUIK EN ONDERHOUD VAN ELEKTRISCHE ARTIKELEN
• Controleer het apparaat op storingen en schade. Is het elektrische apparaat beschadigd, laat
dit dan voor het gebruik door een vakman repareren.
3.0 VOORSCHRIFTMATIG GEBRUIK
De acculader wordt gebruikt voor het laden en druppelladen van 6V en 12V WET-, MF-, GEL- en
AGM-accu's. Gebruik het product alleen voor het beoogde doel. De fabrikant aanvaardt geen
aansprakelijkheid voor schade als gevolg van oneigenlijk gebruik. Elke wijziging aan het product
kan een negatieve invloed hebben op de veiligheid, gevaren veroorzaken en de garantie ongeldig
maken.
Alleen voor huishoudelijk gebruik en niet voor commerciële doeleinden.
4.0 UITPAKINSTRUCTIES
Open de doos en neem het product eruit. Controleer het product na het uitpakken op volledigheid
en beschadigingen. Latere klachten kunnen niet in behandeling worden genomen.
5.0 VOOR DE INBEDRIJFSTELLING
5.1 VOORBEREIDING VAN DE LAADPROCEDURE
• Neem zo nodig de accu uit het voertuig om deze op te laden. Koppel altijd eerst de geaarde
pool van de accu los. Zorg ervoor dat alle autoaccessoires zijn uitgeschakeld om lichtbogen te
voorkomen.
• Zorg ervoor dat de ruimte rond de accu tijdens het opladen goed geventileerd is. Gas kan
worden verwaaid met een stuk karton of ander niet-metalen materiaal dat als waaier wordt
gebruikt.
• Reinig de accupoolklemmen. Wees voorzichtig, zodat corrosieresten niet in contact komen
met de ogen.
• Vul elke cel bij met gedestilleerd water totdat het zuurniveau van de accu het door de fabrikant
aangegeven niveau heeft bereikt. Hierdoor wordt overtollig gas uit de cellen verwijderd. Niet
overvullen. Volg bij een batterij zonder celdoppen zorgvuldig de laadinstructies van de
fabrikant.
• Maak uzelf grondig vertrouwd met de specifieke voorzorgsmaatregelen die door de fabrikant
van de accu worden aangegeven, bijvoorbeeld met betrekking tot het al dan niet verwijderen
van celdoppen en de aanbevolen laadniveaus.
• Raadpleeg de handleiding van de voertuigfabrikant om de accuspanning te bepalen en zorg
ervoor dat de keuzeschakelaar voor de uitgangsspanning op de juiste spanning is ingesteld.
• Als het laadniveau van de lader instelbaar is, laadt u de accu eerst op met het laagste
laadniveau.
54
www.DEUBAXXL.de