schriften geconstrueerd. Zij is elektrotech-
nisch getest en voldoet aan de Europese
veiligheidsnormen. Zij beschikt als beveili-
ging over diverse stroomonderbrekers.
Desondanks kunnen gevaren optreden,
met name bij afwijkend gebruik of het niet
juist opvolgen van de voorschriften en richt-
lijnen volgens deze gebruiksaanwijzing.
2.1 Bronnen van gevaar
Elektrische spanning/elektrische
stroom/waarschuwing: levensgevaar
Voor alle werkzaamheden aan de elektri-
sche installatie van de machine moet de
kabelverbinding tussen de batterijen en de
machine onderbroken worden.
E-modellen: bij contact met stroom of
spanning bestaat het gevaar van een elek-
trische schok, die tot ernstig letsel of zelfs
tot de dood kan leiden. Beschadigde snoe-
ren nooit aanraken. Voor alle werkzaamhe-
den aan de elektrische installatie de machi-
ne altijd eerst uitschakelen en de verbinding
met het elektriciteitsnet verbreken. Defecte
snoeren onmiddellijk vervangen.
Machine en bewegende onderdelen
Waarschuwing: Binnen het bereikvan de
machine en in de directe omgeving van de
draaiende borstels bestaat gevaar van een
lichamelijk letsel. Niet met uw handen aan
draaiende borstels komen of uw voeten
eronder houden.
Niet met loshangende kledingsstukken of
lange haren binnen het bereik van draaien-
de onderdelen komen.
Verdere gevaren
Waarschuwing: Als de polen van de bat-
terijen met de hand of door geleidende
voorwerpen worden kortgesloten, bestaat
het gevaar van letsel of brandwonden.
2.2 Niet-reglementair gebruik
Elk gebruik van de machine dat niet onder
«Gebruik conform de voorschriften» is
beschreven of contractueel is overeenge-
komen, is ongeoorloofd.
Als de machine in technisch niet-optimale
toestand is of de volgende voorschriften
niet worden nagekomen, is het gebruik van
de machine verboden:
– Beveiligingen mogen niet gedemonteerd
of omzeild worden.
– Ombouwen of veranderen van het pro-
duct is niet toegestaan.
– Bij schade die ontstaat door het niet in
acht nemen van deze gebruiksaanwij-
zing, bij onjuiste behandeling of gebruik
voor doeleinden waarvoor de machine
niet bestemd is, vervalt elke aanspraak
op garantie. Voor secundaire schade die
daaruit voorkomt, wijst Wetrok elke aan-
sprakelijkheid van de hand.
E-modellen:
– Defecte elektriciteitsleidingen mogen
alleen door PVC-slangleidingen 3x1 mm
H05 VV-F conform DIN 58281/VDE
0281 worden vervangen.
– Koppelingen van elektriciteitsleidingen
moeten minstens spatwaterbestendig zijn.
28
– De machine moet worden gezekerd met
een vermogensschakelaar van type H of
een smeltzekering.
2.3 Organisatorische aspecten
De exploitant is ervoor verantwoordelijk dat:
– de machine alleen wordt gebruikt door
personen die geïnstrueerd zijn in het
gebruik en uitdrukkelijk de opdracht
hebben ermee te werken;
– de erkende regels voor de werkveilig-
heid in acht genomen worden;
– eventuele verdergaande overheids- of
bedrijfsvoorschriften in acht genomen
worden;
– alle bedieningspersoneelsleden de vei-
ligheidsvoorschriften kennen en speciaal
in het gebruik van de machine zijn
geschoold;
– alle
bedieningspersoneelsleden
gebruiksaanwijzing gelezen en begrepen
hebben alvorens de machine te gebrui-
ken;
– de verantwoordelijkheden voor gebruik,
onderhoud en reparatie van de machine
duidelijk vastgelegd zijn en in acht geno-
men worden;
– storingen en schade onmiddellijk aan de
servicedienst gemeld worden.
2.4 Noodsituaties:
– Onmiddellijk eerstehulpmaatregelen tref-
fen.
E-modellen:
– Elektriciteitsstekker eruittrekken.
– Na problemen de machine niet in gebru-
ik nemen voordat deze door Alpheios
Technische Dienst gecontroleerd is.
2.5 Voor het in bedrijf nemen
– De aflevering, de instructie over veilig-
heidsvoorschriften, gebruik en onder-
houd, en de eerste inbedrijfneming vin-
den normaal door een vakman van
Alpheios plaats.
– Is dit niet het geval, dan is de exploitant
verantwoordelijk voor de instructie aan
het bedieningspersoneel.
B-modellen:
Een nieuwe batterij levert pas na ca. 5 -10
laad-/ontlaadcycli de volle capaciteit. Als de
gebruiksduur na het opladen veel korter is,
geeft dit aan dat de batterij verbruikt is en
vervangen moet worden.
U kunt alleen zonder gevaar met het appa-
raat werken als u de gebruiksaanwijzing en
de veiligheidsinstructies volledig leest en
zich strikt aan de hierin gegeven aanwijzin-
gen houdt. Veiligheidsvoorschriften
voor bediening en onderhoud staan in
de betreffende hoofdstukken en moe-
ten beslist in acht genomen worden!
Let ook op de veiligheidsinstructies in de
vorm van pictogrammen aan de machine.
3. Bediening/gebruikstips
2
Afhankelijk van het model en de uitrusting
kan de uitvoering van uw apparaat in details
van de beschreven standaarduitvoering
afwijken.
3.1 Veiligheidsvoorschriften
– Voor elk gebruik de machine controle-
ren. Laat schade alleen door een vak-
man verhelpen.
– Voor het gebruik moeten de tank (D2) en
de tankdeksel (D1) gesloten en vergren-
deld zijn.
– In liften en op hellingen:
– Sleutelhoofdschakelaar (B5) uitschakelen.
– Machine beveiligen.
– Borstels of pads omlaag brengen om
het wegrijden van de machine te voor-
komen.
OPMERKING:
Borstels alleen omlaag brengen als sleutel-
hoofdschakelaar (B5) op UIT staat.
De sleutelhoofdschakelaar (B5) mag pas
weer op AAN worden gezet als de borstel-
huis weer in de bovenste stand is.
de
– Let bij het werken op andere personen,
met name op kinderen.
– Om letsel te voorkomen stevig schoeisel
dragen.
– Voor het reinigen en onderhouden van
de machine, het vervangen van onder-
delen of het demonteren van de hulp-
stukken, aandrijving uitschakelen (A-
modellen) en sleutel van hoofdschake-
laar verwijderen.
– Er mogen alleen originele Wetrok-hulp-
stukken gebruikt worden.
– De machine mag alleen op hellingen van
max. 2 % gebruikt worden.
– Wanneer de machine onbeheerd wordt
achtergelaten, moet ervoor worden
gezorgd dat hij niet in beweging kan
komen. Sleutel van hoofdschakelaar
verwijderen.
– Voor alle werkzaamheden aan de elektri-
sche installatie van de machine moet de
kabelverbinding tussen de batterijen en
de machine onderbroken worden.
– Bij E-modellen ook de stekker uit het
stopcontact trekken.
– Het is verboden de rijhendel vast te zet-
ten (A-modellen).
E-modellen:
– De machine mag niet gebruikt worden
als de toestand van de elektriciteitslei-
ding niet optimaal is.
WAARSCHUWING: (E-modellen):
Elektriciteitsleiding niet beschadigen door
erover te rijden, in te klemmen, eraan te
trekken, enz. Het gevaar bestaat dat er een
elektrische schok optreedt of dat het snoer
in de knoop raakt wanneer de borstels dra-
aien.
De machine mag alleen in werking
gezet worden als de op het typeplaatje
vermelde spanning (+/– 5%) overeen-
komt met die in het gebouw.
3.2 Toepassingsbeperkingen
– De machine mag niet bij temperaturen
onder 0°C gebruikt worden.
– De watertemperatuur mag niet meer dan
50° C bedragen.
– Er mogen geen schuimende of bijtende
reinigingsmiddelen of brandbare oplos-
middelen gebruikt worden.