Ter voorkoming van het onbedoeld starten of onbevoegd
gebruik van uw snoerloze maaimachine is er een uitneembare
veiligheidssleutel (3) in het ontwerp van de maaimachine
opgenomen. De maaimachine wordt volledig uitgeschakeld
wanneer u de veiligheidssleutel uit de maaimachine haalt.
Voorkom ernstig letsel, schakel het apparaat uit en neem de
veiligheidssleutel en de accu's uit wanneer u de maaimachine
onbeheerd achterlaat, of wanneer u deze oplaadt,
schoonmaakt, naziet, vervoert, optilt of stalt.
De maaimachine starten (Afb. F)
Waarschuwing! Scherp bewegend blad. Probeer de werking
van deze schakelaar en van de veiligheidssleutel nooit uit te
schakelen. Dit kan ernstige verwondingen tot gevolg hebben.
Opmerking: De maaimachine is klaar voor gebruik wanneer
de accu en de veiligheidssleutel zijn geplaatst.
Plaats de accu's (19) in de maaimachine, zoals wordt
u
beschreven in De accu's installeren en verwijderen.
Plaats de veiligheidssleutel (3) volledig in de
u
sleutelopening. De maaimachine is nu klaar voor gebruik.
U kunt nu met de maaimachine werken door de de AAN/
u
UIT-knop (2) op het AAN-UIT-schakelkastje (1) in te
duwen en ingeduwd te houden, en dan de
beugelhandgreep (5) naar de hoofdhandgreep (4) te
trekken.
Opmerking: Wanneer de maaimachine eenmaal is gestart,
kunt u de AAN-UIT-knop loslaten, maar de maaimachine blijft
alleen werken wanneer u de beugelhandgreep tegen de
hoofdhandgreep gedrukt houdt.
Wanneer u de maaimachine wilt uitschakelen, hoeft u
u
alleen maar de beugelhandgreep los te laten.
Waarschuwing! Probeer nooit een schakelaar of de
beugelhandgreep in de ingeschakelde stand vast te zetten.
Opmerking: Wanneer de beugelhandgreep in de
oorspronkelijke positie is teruggekeerd, activeert deze het
"Automatisch Remsysteem". De motor wordt elektrisch
geremd en het maaiblad van de gazonmaaier komt in drie
seconden of minder tot stilstand. Blijft het maaiblad langer dan
drie seconden draaien, gebruik dan de maaimachine niet
langer en laat de machine nazien.
Systeem van variabele snelheid voor zelf rijden
(Afb. M)
Waarschuwing! Scherp bewegend blad. Probeer de werking
van het schakelkastje, van het systeem voor zelf rijden en van
de veiligheidssleutel nooit uit te schakelen. Dit kan ernstige
verwondingen tot gevolg hebben.
Uw maaimachine is uitgerust met een systeem voor zelf rijden
op variabele snelheid. Dit systeem afhankelijk van de AAN/
UIT-schakelaar voor het maaiblad. U kunt er alleen mee
werken wanneer het maaiblad draait.
Volg de instructies voor het starten van de maaimachine.
u
(Vertaling van de originele instructies)
U kunt zelf rijden inschakelen door met één hand de
u
beugelhandgreep (5) tegen de hoofdhandgreep (4) te
houden.
Houd de beugelhandgreep (14) voor zelf rijden op z'n
u
plaats tegen de hoofdhandgreep en schakel zo de stand
voor zelf rijden in.
Schuif de hendel (15) voor snelheid van zelf rijden naar
u
voren voor hogere en naar achteren van lagere snelheid.
Als u zelf rijden wilt uitschakelen, laat u de
u
beugelhandgreep voor zelf rijden los.
Opmerking: Wanneer u zelf rijden uitschakelt, bijvoorbeeld
aan het einde van een baan, kunnen de wielen tijdelijk
vergrendeld worden wanneer u de maaimachine naar
achteren trekt. Duw de maaimachine wat naar voren en
vervolg uw route.
Opmerking: Tijdens het maaien zult u misschien
gemakkelijker om een object, zoals een boom of planten,
heen maaien als de functie voor zelf rijden is uitgeschakeld. U
kunt gemakkelijk met de maaimachine werken met de functie
voor zelf rijden uitgeschakeld.
Lage snelheid
Hoge snelheid
Overbelasting van de maaimachine
Voorkom beschadiging door overbelasting, maai niet te veel
gras tegelijkertijd. Ga langzamer maaien of verhoog de
maaihoogte.
Maaitips
Waarschuwing! Inspecteer altijd het gebied waar de
maaimachine moet worden gebruikt en verwijder alle stenen,
takken, draden, hondenkluiven en andere brokstukken die
door het roterende maaiblad zouden kunnen worden
weggeslingerd.
Waarschuwing! Maai dwars over het vlak van een helling,
nooit omhoog en omlaag. Ga zeer voorzichtig te werk
wanneer u op een helling van richting verandert. Maai
uitzonderlijk steile hellingen (meer dan 15 °) niet. Zorg er altijd
voordat u stevig staat.
Laat de beugelhandgreep (5) los en schakel zo de
u
maaimachine uit wanneer u over grindoppervlakken loopt
(de stenen kunnen door het roterende maaiblad worden
weggeslingerd).
Stel de grasmaaier op de hoogste maaihoogte in wanneer
u
u op een ruwe ondergrond of in hoog onkruid maait.
NEDERLANDS
97