zijn. Zorg ervoor dat ze goed functioneren.
•
Zorg dat u niet te ver reikt of zaagt boven
schouderhoogte.
•
Zorg er altijd voor dat u stevig staat en goed in balans
bent.
•
Sta een weinig aan de linkerzijde van de zaag. Hierdoor
is uw lichaam niet in een directe lijn ten opzichte van
de ketting.
•
Pas op dat de punt van het zwaard nergens mee in
aanraking komt terwijl de ketting in beweging is.
•
Probeer niet twee blokken tegelijk door te zagen. Zaag
een blok tegelijk.
•
Probeer niet de punt van het zwaard in het hout te
begraven (boren in houtmet de punt van de zaag).
•
Wees bedacht op bewegende takken of andere
krachten die de zaagsnede kunnen dichtknijpen of met
de ketting in aanraking kunnen komen.
•
Ga zeer voorzichtig te werk wanneer u verder gaat
zagen in een eerder gemaakte zaagsnede.
•
Gebruik alleen de ketting en de kettinggeleider (6) met
lage terugslag die bij deze kettingzaag zijn geleverd.
•
Werk nooit met een losse, verslapte of sterk versleten
zaagketting. Let op de juiste kettingspanning.
De zaag veilig gebruiken
1. Gebruik de kettingzaag alleen met een veilig
steunpunt.
2. Houd de kettingzaag aan de rechterkant van uw
lichaam (Zie afb. L).
3. De ketting (7) moet op volle snelheid lopen voordat het
met het hout in contact mag komen.
4. Gebruik de bumperpunten (13) om de zaag op het hout
114
te beveiligen voordat u begint te zagen.
5. Gebruik de bumperpunten als hefboom tijdens het
zagen. (Zie afb. M)
6. Bedien de kettingzaag niet met volledig gestrekte
armen, probeer geen gebieden te zagen die moeilijk te
bereiken zijn of ga niet op een ladder staan tijdens het
zagen (Zie afb. N).
Gebruik nooit de motorzaag nooit boven
schouderhoogte.
ZAGEN VAN HOUT ONDER SPANNING (Zie afb. O)
WAARSCHUWING: Houd er bij het afzagen van
een onder spanning staande tak rekening mee
dat deze terugveert. Als de spanning in de
houtvezels vrijkomt, kan de gespannen tak de
bediener raken, of kan deze de bediener de controle
over de kettingzaag doen verliezen.
Wanneer hout aan beide zijden wordt ondersteund,
eerst van boven (Y) een derde gedeelte van de diameter
(overbuck) door de stam zagen en vervolgens van onderen
(Z) op dezelfde plaats de stam doorzagen om splinteren
en vastklemmen van de zaag te voorkomen. Voorkom
daarbij contact van de zaagketting met de grond. Wanneer
hout slechts aan één zijde wordt ondersteund, eerst van
onderen (Y) een derde van de diameter (schraag) naar
boven zagen en vervolgens op dezelfde plaats van boven
(Z) de stam doorzagen om splinteren en vastklemmen van
de zaag te voorkomen.
DE STOKZAAG GEBRUIKEN (ALLEEN VOOR WG323E,
WG323E.9)
Draadloze kettingzaag
Zagen met schouderriem (Zie afb. P1)
De verlengstok is voorzien van een schouderriem om extra
steun te geven als u de kettingzaag in de lucht houdt. Haak
de schouderriem aan de verlengstok en wikkel hem om
uw schouder. De schouderriem kan bovendien de impact
verminderen als de zaag valt na het voltooien van een
snede.
Met het verlengstuk zagen
1. Installeer de batterijdoos in de machine.
2. Voordat u een hoge tak zaagt, let u op alle punten die
zijn beschreven in de vorige paragraaf "Takken zagen".
Let vooral op de richting waarin een tak kan vallen.
WAARSCHUWING: Ga niet direct onder de tak
staan die u afzaagt. Houd omstanders uit de
buurt. Ga niet op een lader of een andere onstabiele
ondergrond staan als u de machine gebruikt.
Gebruik de machine niet bij kabels voor telefoon
of elektriciteit. Houd minstens 3 meter (10 voeten)
afstand tot kabels. (Zie afb. P2-P5)
3. Houd de zaag met beide handen stevig vast. Gebruik
alleen de daarvoor bedoelde grepen als u de stokzaag
gebruikt (Zie afb. P6). Gebruik een stevige greep.
Omsluit de grepen altijd met duim en vingers.
4. Zorg dat u een stabiele positie aanneemt. Zet de
voeten op schouderbreedte uit elkaar. Verdeel uw
gewicht gelijkmatig over beide voeten.
5. Wanneer u klaar bent om te zagen, duwt u de
ontgrendelingsknop (3) volledig naar, druk dan volledig
de aan-/uitschakelaar (31) in (Zie afb. P7). Hierdoor
wordt de zaag ingeschakeld. Als u de starter loslaat,
wordt de zaag uitgeschakeld. Controleer of de zaag op
volle snelheid werkt voordat u het zagen start.
6. Wanneer u begint te zagen, plaatst u de bewegende
ketting langzaam tegen het hout. Houd de zaag
stevig op zijn plaats om mogelijk stuiteren of glijden
(zijdelingse beweging) van de zaag te voorkomen.
7. Geleid de zaag met lichte druk en oefen geen
overmatige kracht uit op de zaag. De motor wordt
overbelast en kan doorbranden. Hierdoor doet de zaag
zijn werk beter en veiliger aan de snelheid waarvoor
deze was bedoeld.
8. Verwijder de zaag uit een inkeping terwijl de zaag op
volle snelheid werkt. Stop de zaag door de aan/uit-
schakelaar los te laten. Controleer of de zaag is gestopt
voordat u de zaag neerzet.
EEN BOOM MET DE ZAAG BEWERKEN (SNOEIEN)
WAARSCHUWING: Voorkom terugslag.
Terugslag kan ernstig letsel of de dood tot
gevolg hebben.
Zie Terugslag om het risico op terugslag te
voorkomen.
WAARSCHUWING: Gebruik de stokzaag niet
• in een boom
• op een ladder of een ander instabiel oppervlak
• in welke moeilijke positie dan ook
De stokzaag kan onhandelbaar worden met ernstige
verwondingen als gevolg.
WAARSCHUWING: Strek uw armen niet
tot boven de schouders als u de stokzaag
gebruikt.
NL