All manuals and user guides at all-guides.com
3 41 01 044 06 5 - Buch Seite 22 Dienstag, 2. September 2003 8:13 08
NL
Bediening.
Voor de aandrijving van het schroefmaga-
zijn zijn alleen FEIN-magazijnschroeven-
draaiers met een ashalsdiameter van
33 mm geschikt.
Plaats het speciale schroefbit (1) in de
gereedschapopname van de schroeven-
draaier.
Duw het schroefmagazijn over de
schroevendraaierkling en plaats het tot
aan de aanslag op de ashals van de aan-
drijfmachine.
Schroefriem aanbrengen (5).
Duw de schroefriem (5) door de riem-
geleiding (b).
Geleid de schroefriem (5) over de
tandpunten van de schakelwielen bij
het glijdstuk.
Duw de schroefriem (5) naar voren.
De eerste schroef moet een schakel-
stand voor het middelpunt van de
schroefaanslag (4) worden geplaatst.
Als u de schroefriem (5) wilt verwijde-
ren, trekt u deze naar boven uit.
Schroefmagazijn op de
schroeflengte instellen (4).
Het schroefmagazijn moet worden inge-
steld op de bijbehorende schroeflengte.
Draai de kartelschroef aan de schroef-
aanslag zo ver tot de schroefpunt en de
binnenkant van de schroefaanslag met
elkaar overeenkomen. Let op de maat-
verdelingsschaal op de schroefaanslag.
22
Schroefdiepte instellen (3).
Door het verstellen van de kar-
telmoer (3) kan de gewenste
inschroefdiepte worden inge-
steld.
Verstelling naar boven:
Grotere inschroefdiepte. De schroefkop
dringt verder in het werkstuk binnen.
Verstelling naar beneden:
Kleinere inschroefdiepte. De schroefkop
dringt minder diep in het werkstuk.
De vereiste schroefdiepte is afhankelijk
van het te bewerken materiaal en kan
proefondervindelijk worden vastgesteld.
Tips voor de werkzaamheden.
Controleer voor het begin van de schroef-
werkzaamheden de draairichting van de
aandrijfmachine. Het schroefmagazijn mag
alleen worden gebruikt in de stand
„Draairichting rechts".
Houd de aandrijfmachine altijd haaks op
het werkstuk.
Schakel de aandrijfmachine in, zet de
aan/uit-schakelaar vast en plaats de
schroefaanslag (4) op de plaats waar
moet worden geschroefd.
Duw met gelijkmatige aandrukkracht
tegen het werkstukoppervlak tot de
schroef is ingedraaid. De volgende
schroef wordt automatisch in de werk-
positie gebracht.
Beweeg de aandrijfmachine weg van
het werkstuk.
Reeds ingedraaide schroeven kunnen met
het schroefmagazijn niet worden losge-
draaid of aangedraaid.
9 01 04 003 01 1