F
GB
D
OVERZICHT
Zie Afbeelding 1-9
1.
Snelspanboorhouder
2.
Aan/uit-schakelaar
3.
Draairichtingschakelaar (voor / achter)
4.
Schroefbits
5.
Accupak
6.
Magneetplaat
7.
Vergrendelingen
8.
Druk op de vergrendelingen om het accupak
eruit te trekken
9.
Hulphandgreep
(voor modellen CDI-1442 / 1802)
10. Om vast te draaien
11. Om los te draaien
12. Boor
13. Diepte-aanslag
14. Boordiepte
15. Kleiner koppel
16. Groter koppel
17. Instelring afslagkoppel
18. Boorstand
19. Klopboorstand
(voor modellen CDI-1442 / 1802)
20. Achter
OVERZICHT
21. Voor
22. Spanklauw
23. Boor verwijderen (losdraaien)
24. Boor vastzetten (vastdraaien)
25. Snelheid 2
26. Snelheid 1
27. Laadapparaat
28. Groen lampje
29. Rood lampje
BEDIENING
BETEKENIS
VAN
LAADAPPARAAT
Zie afbeelding 9.
DE LAMPJES TONEN DE STATUS VAN HET
LAADAPPARAAT EN DE ACCU:
Rood lampje brandt = snellaadmodus.
■
Groen lampje brandt = het accupak is volledig
■
geladen.
Geen enkel lampje brandt = laadapparaat of accu
■
defect.
ACCU OPLADEN
Bij aflevering is de accu van uw apparaat minimaal geladen
om eventuele problemen te voorkomen. U moet dus eerst
NL
E
I
P
DE
LAMPJES
S
DK
N
Nederlands
de accu opladen voordat u de machine gaat gebruiken.
Opmerking: Tijdens de eerste laadcyclus wordt de accu
niet helemaal geladen. Pas na meerdere oplaadcyclussen
(gebruik van het apparaat, gevolgd door opladen) zal de
accu zich helemaal gaan laden.
OM DE ACCU TE LADEN:
Gebruik uitsluitend het laadapparaat dat samen met
■
de accu is geleverd.
Gebruik het laadapparaat uitsluitend voor een spanning
■
van 230V 50 Hz AC (de normale netspanning).
Sluit het laadapparaat aan op een stopcontact.
■
Steek het accupak in het laadapparaat. Zorg ervoor
■
dat de ribbels van de accu precies passen in de
groeven van de houder van het laadapparaat.
Druk het accupak goed aan om te zorgen dat de
■
klemmen van het accupak goed zijn vastgeklikt in de
contacten van het laadapparaat. Zodra de accu goed
zit vastgeklikt, gaat het rode lampje branden.
Zodra de accu volledig geladen is, dooft het rode
■
lampje en gaat het groene lampje branden.
Na normaal gebruik van een accu is ongeveer één uur
■
nodig om hem volledig te laden. Het laden van een
geheel ontladen accu duurt minstens anderhalf uur.
Installeer het laadapparaat NIET op een plaats waar
■
de temperatuur buitengewoon hoog of laag is.
De werking van het laadapparaat is optimaal bij
temperaturen tussen 10°C en 38°C.
BELANGRIJKE AANWIJZINGEN VOOR HET LADEN
VAN WARME ACCU'S
Als u de machine lang achter elkaar gebruikt, wordt het
accupak warm. Als de accu warm is geworden, laat u hem
ongeveer 30 minuten afkoelen voordat u hem gaat opladen.
DE ACCU INZETTEN
Vergrendel de aan/uit-schakelaar van uw boor-
■
OP
HET
schoefmachine door de draairichtingschakelaar in de
middelste stand te zetten. Zie afbeelding 6.
Steek de accu in uw boor-schroefmachine. Let er
■
daarbij op dat de ribbels van het accupak precies
passen in de gleuven onderaan het apparaat.
Zie afbeelding 2.
Let erop dat de accu zich goed heeft vastgeklikt
■
voordat u de boor-schroefmachine gaat gebruiken.
DE ACCU VERWIJDEREN
Vergrendel de aan/uit-schakelaar van uw boor-
■
schoefmachine door de draairichtingschakelaar in de
middelste stand te zetten. Zie afbeelding 6.
39
FIN
GR
H
CZ
RUS
RO
PL