opnieuw wordt gestart.
d) Ondersteun grote panelen om zo het risico op het
klemmen van het blad en terugslag te voorkomen.
Grote panelen kunnen onder hun gewicht doorzakken.
Ondersteuning dient te worden geplaatst aan beide
zijden onder het paneel, nabij de zaagsnede en de rand
van het paneel.
e) Gebruik geen stompe of beschadigde zaagbladen.
Onscherpe of onjuist ingestelde bladen produceren
een smalle zaagsnede en dit zorgt voor extra frictie, het
vastlopen van het blad en een terugslag.
f) Bladdiepte en de sluithefbomen voor het instellen
van de afschuining moeten goed zijn vergrendeld
voordat u kunt gaan zagen. Als deze instellingen
verschuiven tijdens het zagen, kan het zaagblad
vastlopen en een terugslag veroorzaken.
g) Wees extra zorgvuldig als u rechtstreeks in
een bestaande wand zaagt of andere blinde
gebieden. Het uitstekende zaagblad zaagt mogelijk in
voorwerpen die een terugslag kunnen veroorzaken.
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
VOOR CIRKELZAAG MET
DRAAIENDE ZAAGKAP
Functie zaagkap
a) Controleer voor ieder gebruik of de)onderste
beveiliging op de juiste manier is vergrendeld.
Gebruik de zaag niet als de onderste bescherming
niet vrij beweegt en onmiddellijk sluit. Klem
of bind de onderste bescherming nooit vast
in de open positie. Als de zaag onopzettelijk
valt, kan de onderste bescherming verbuigen.
Trek de onderste bescherming omhoog met de
terugtrekhendel en zorg ervoor dat deze vrij kan
bewegen en het blad of welk ander deel niet raakt in
alle hoeken of zaagdiepten.
b) Controleer de werking van de veer van de
onderste bescherming. Als de bescherming en
de veer niet goed functioneren, dienen deze
voor gebruik te worden gerepareerd. De onderste
bescherming werkt misschien niet goed als gevolg van
beschadigde onderdelen, gomachtige aanslag of vuil.
c) Zorg dat de basisplaat van de zaag tijdens het
maken van insteekzaagsneden niet verschuift.
Het zijdelings verschuiven van de zaag zal leiden tot
het vastlopen van de zaag en mogelijke terugslag.
d) Let erop dat de onderste bescherming altijd over
het blad zit voordat de zaag op een werkbank
of de grond wordt gezet. Bij een onbeschermd
zaagblad waarbij de motor niet actief is, loopt de zaag
terug en snijdt deze in alles wat in de weg zit. Denk
eraan dat het even duurt voordat het zaagblad stopt,
nadat u de motor hebt uitgeschakeld.
Lithium-Ion snoerloze cirkelzaag
EXTRA VEILIGHEIDSREGELS
VOOR UW CIRKELZAAG
1. Gebruik alleen zaagbladen die door de fabrikant
worden aanbevolen en beantwoorden aan EN 847-1, als
ze bedoeld zijn voor hout en gelijkaardige materialen.
2. Gebruik geen schuurschijven.
3. Gebruik alleen de bladdiameter(s) volgens de
markeringen.
4. Identificeer het juiste zaagblad voor het te zagen
materiaal.
5. Gebruik alleen zaagbladen die gemarkeerd zijn met
een snelheid die gelijk is aan of hoger dan de snelheid
die op het apparaat is vermeld.
AANVULLENDE
VEILIGHEIDSWAAR
- SCHUWINGEN VOOR HET
SNIJDEN VAN TEGELS
a) Voor optimale veiligheid moet de bijgeleverde
beschermkap stevig op het gereedschap
worden bevestigd en geplaatst zodat er zo min
mogelijk risico is op contact tussen slijpschijf en
gebruiker. Zorg dat uzelf en omstanders afstand
houden van het schaafvlak van de ronddraaiende
slijpschijf. De kap beschermt de gebruiker tegen
brokstukken van het wiel en onbedoeld aanraken van
het wiel.
b) Gebruik alleen diamanten doorslijpschijven
voor uw elektrisch gereedschap. Het feit dat een
accessoire op de machine past, betekent niet dat de
veilige werking gegarandeerd is.
c) De nominale snelheid van een accessoire moet
minstens zo groot zijn als de maximale snelheid
van de machine. Accessoires die op een te hoge
snelheid worden gebruikt, kunnen uit elkaar vliegen.
d) Wielen mogen alleen worden gebruikt voor
aanbevolen toepassingen. Probeer bijvoorbeeld
niet te slijpen met de kant van een snijwiel. Een
schurend snijwiel is bedoeld voor het slijpen van de
oppervlakte – door kracht op de zijkant uit te oefenen
zou het wielen uit elkaar kunnen liegen.
e) Gebruik steeds onbeschadigde wielflenzen die de
juiste grootte en vorm hebben voor het gebruikte
wiel. De juiste wielflenzen ondersteunen het wiel en
verminderen de kans dat het wiel breekt.
f) Gebruik geen afgeslepen wielen van een machine
die werkt met een groter vermogen. Een wiel dat
geschikt is voor een groter vermogen, is niet geschikt
voor de hogere snelheid van een kleinere machine en
zou kunnen breken.
g) De buitendiameter en de dikte van een accessoire
moeten binnen de capaciteit van de machine
passen. Accessoires van de verkeerde grootte kunnen
niet goed beschermd en bediend worden.
h) Slijpschijven en flenzen moeten nauwkeurig op
de uitgaande as van het elektrische gereedschap
passen. Inzetgereedschappen die niet nauwkeurig
73
NL