De tijd wordt 1 uur vooruit gezet.
2. Druk nogmaals op beide knoppen om over te schakelen naar wintertijd.
5.4
Programmering schakeltijden
Er zijn maximaal 10 schakeltijdprogramma's beschikbaar.
De kleinste instelstap is elk 1 minuut.
•
Zorg ervoor dat de ingestelde schakeltijden elkaar niet overlappen,vooral bij het opzetten
van weekprogramma's.
•
Als schakeltijden elkaar overlappen, voert de timer de functie ON (AAN) of OFF (UIT) uit
overeenkomstig de geprogrammeerde schakeltijden.
•
Indien OFF (UIT) en ON (AAN) gelijktijdig door 2 verschillende programma's worden gepro-
grammeerd, wordt OFF (UIT) uitgevoerd.
•
Programmering is alleen beschikbaar in de modus AUTO.
1. Druk kort op de TIMER-toets.
Het display toont >> ON_1 <<.
2. Stel met de WEEK-, UUR- en MINUUT-toetsen de inschakeltijd van het 1e schakeltijdpro-
gramma in.
3. Druk nogmaals kort op de TIMER-toets.
Het display toont >> OFF_1 <<.
4. Stel de uitschakeltijd van het 1e schakeltijdprogramma in met de WEEK-, UUR- en MINU-
UT-toetsen.
5. Druk nogmaals kort op de TIMER-toets, om het eerste schakeltijdprogramma te beëindigen
Het display toont >> ON_2 <<.
6. Herhaal de stappen 1. t/m 5. om verdere schakeltijdprogramma's te maken.
7. Druk op de CLOCK-toets om het programmeermenu te verlaten.
De timer is ingesteld.
Voorbeeld:
De timer moet elke weekdag om 17:15 Klok inschakelen en om 22:30 Klok uitschakelen.
1. Druk kort op de TIMER-toets.
Het display toont >> ON_1 <<.
2. Druk meerdere keren op de WEEK-knop tot het display
>> MO, TU, WE, TH, FR, SA, SU << toont.
3. Druk meerdere keren op de HOUR-knop totdat het display >> 5:00 Klok << of
>> 17:00 Klok << weergeeft.
4. Druk herhaaldelijk op de MINUTE-knop totdat het display >> 5:15 Klok << of
>> 17:15 Klok << toont.
5. Druk eenmaal kort op de TIMER-toets.
Het display toont >> OFF_1 <<.
6. Herhaal de stappen 3. tot en met 5. totdat op het display >> 10:30 Klok << of
>> 22:30 Klok << verschijnt.
Als u de HOUR- of MINUTE-toets ingedrukt houdt, kunt u tijden sneller instellen.
5.5
Handmatige instellingen
De bedrijfsmodus kan tijdens het programmeren niet worden gewijzigd.
•
Druk op de toets ON/AUTO/OFF om de werkingsmodus te wijzigen.
De ingestelde programma's worden alleen in de AUTO-modus uitgevoerd. In de ON-modus
is het aangesloten apparaat altijd ingeschakeld, in de OFF-modus is het altijd uitgescha-
keld. Als de modus wordt gewijzigd van AAN naar AUTO, blijft het aangesloten apparaat in-
geschakeld tot het volgende geprogrammeerde uitschakelpunt.
NL
46