Installeren van het stuurprogramma (vervolg)
4
Het installatieprogramma wordt gestart.
Volg de aanwijzingen die u op het scherm ziet om het
stuurprogramma op de computer te installeren.
5
Wanneer de installatie is voltooid, verschijnt er een bericht op
het scherm dat u de instructie geeft om de computer opnieuw
op te starten. Volg deze instructie op.
6
Nadat de computer opnieuw is opgestart, ziet u een
diskette-pictogram op de taakbalk.
De installatie is dan met succes uitgevoerd.
8-NL