Volg de installatie-instructies die zijn meegeleverd met
•
het apparaat.
Pas altijd op bij verplaatsing van het apparaat, want
•
het is zwaar. Gebruik altijd veiligheidshandschoenen
en gesloten schoeisel.
Verwijder voordat u het apparaat installeert alle
•
verpakkingen, de etikettering en de beschermfolie.
Installeer de uitlaatlucht niet in een wandopening,
•
tenzij de opening voor dat doel is ontworpen.
2.2 Elektrische aansluiting
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en elektrische schokken.
Alle elektrische aansluitingen moeten door een
•
gediplomeerd elektromonteur worden gemaakt.
Zorg ervoor dat de parameters op het
•
vermogensplaatje overeenkomen met elektrische
vermogen van de netstroom.
Als het symbool ( ) niet op de typeplaat is afgedrukt,
•
moet het apparaat geaard worden.
Gebruik altijd een juist geïnstalleerd schokbestendig
•
stopcontact.
Voorkom dat de stroomkabels verstrikt raken.
•
Gebruik geen adapters met meerdere stekkers en
•
verlengkabels.
Als het stopcontact los zit, mag u de stekker niet in het
•
stopcontact steken.
Trek niet aan het netsnoer om het apparaat los te
•
koppelen. Trek altijd aan de stekker.
De schokbescherming van delen onder stroom en
•
geïsoleerde delen moet op zo'n manier worden
bevestigd dat het niet zonder gereedschap kan
worden verplaatst.
Zorg ervoor dat het apparaat correct is geïnstalleerd.
•
Losse en onjuiste stroomkabels kunnen ervoor zorgen
dat de contactklem te heet wordt.
NEDERLANDS
185