INHOUD
1.
2.
2.1
3.
3.1
3.2
3.3
3.4
3.5
4.
5.
6.
6.1
6.2
6.3
6.4
6.5
6.6
6.7
6.8
6.9
7.
7.1
7.2
7.3
7.4
7.5
7.6
7.7
7.8
8.
9.
10.
11.
Alvorens met de installatieprocedure te
beginnen, dient u deze installatie- en be-
dieningsinstructies zorgvuldig te bestude-
ren. De installatie en bediening dienen
bovendien volgens de in Nederland/Bel-
gië geldende voorschriften en regels van
goed vakmanschap plaats te vinden.
1. Algemene beschrijving
De UPE Serie 2000 bestaat uit een complete reeks
circulatiepompen met een energiebesparende, geïn-
tegreerde toerenregeling, waarmee de pompcapaci-
teit op de momentele systeembehoefte kan worden
ingesteld. Bij vele systemen leidt dit tot een aanzien-
176
lijke daling van het energieverbruik; bovendien pro-
duceren de thermostatische ventielen en andere on-
Pagina
derdelen minder geluid en kan het systeem beter
176
worden geregeld.
De gewenste opvoerhoogte kan op het bedienings-
177
paneel van de pomp worden ingesteld.
177
Deze instructies zijn van toepassing op de pomp-
177
typen UPE 25-40, UPE 25-40 A, UPE 25-60,
177
UPE 25-60 A, UPE 25-80, UPE 32-40, UPE 32-60,
178
UPE 32-80, UPE 40-80 en UPE 50-80.
178
178
De pomp biedt de volgende functies:
179
• Regeling op basis van drukverschil met lei-
179
dingweerstandcompensatie (fabrieksinstelling).
De opvoerhoogte wordt gewijzigd overeenkomstig
179
de volumestroombehoefte. De gewenste opvoer-
180
hoogte kan op het bedieningspaneel van de pomp
180
worden ingesteld.
181
• Regeling op basis van constant drukverschil.
Er wordt een constante opvoerhoogte gehand-
182
haafd, onafhankelijk van de volumestroombe-
183
hoefte. De gewenste opvoerhoogte kan op het
183
bedieningspaneel van de pomp worden ingesteld.
183
184
• Bedrijf volgens verstelbare pompcurve. De
188
pomp draait met constant toerental op of tussen
188
de min. en max. curves.
189
• Temperatuurbeïnvloeding. De opvoerhoogte va-
189
rieert afhankelijk van de mediumtemperatuur.
189
• Extern storingssignaal via een potentiaalvrije
189
uitgang.
191
(Hiervoor is een uitbreidingsmoduul MC 40/60 of
192
MC 80 vereist.)
194
• Externe analoge regeling van de opvoerhoogte
194
of het toerental via een externe meetopnemer
195
(0-10 V).
196
(Hiervoor is een uitbreidingsmoduul MC 40/60 of
197
MC 80 vereist.)
198
• Externe gedwongen besturingsfuncties via in-
199
gangen voor:
200
- Start/stop,
- Max. capaciteitscurve,
- Min. capaciteitscurve (nachtbedrijf).
(Hiervoor is een uitbreidingsmoduul MC xx of
MB xx vereist.)
• Bus communicatie. De pompen uit de
UPE Serie 2000 zijn voorzien van een ingang
voor bus communicatie, zodat de pomp kan wor-
den geregeld en bewaakt met het Pump Manage-
ment System 2000 van Grundfos of een Gebouw
Beheer Systeem.
(Hiervoor is een uitbreidingsmoduul MB 40/60 of
MB 80 vereist.)
• Afstandsbediening. De pomp kan worden be-
diend met behulp van de draadloze afstandsbe-
diening R100 van Grundfos.