NL
BE
Omville van de veiligheid kan
het apparaat slechts ingescha-
keld worden wanneer beide
buisonderdelen correct op het
motorhuis gemonteerd zijn!
Symbolen in de handleiding
Gevaarsymbolen (in plaats van
het uitroepingsteken is het ge-
vaar toegelicht) met gegevens
ter preventie van lichamelijke
letsels en materiële schade.
Gebodsteken (in plaats van het uit-
roepingsteken is het gebod toege-
licht) met gegevens ter preventie
van beschadigingen.
Aanwijzingsteken met informatie
voor een betere omgang met het
apparaat.
Algemene veiligheidsinstructies
Werkzaamheden met het apparaat:
Maakt u zich met alle delen van
het toestel en met de juiste be-
diening van het toestel bekend,
alvorens u met de werkzaamheden
begint. Waarborg, dat het toestel in
geval van nood meteen kan wor-
den stopgezet. Het onreglementair
gebruik kan tot zware verwondin-
gen leiden.
Opgelet! Bij het gebruik van elek-
trisch gereedschap dienen ter
bescherming tegen een elektri-
sche schok en tegen gevaar voor
verwondingen en brand volgende
essentiële veiligheidsmaatregelen
getroffen te worden:
32
•
De persoonlijke schermingsuitrustin gen
beschermen uw eigen gezondheid en
de gezondheid van andere personen en
waar borgen de foutloze werking van het
apparaat.
- Draag geschikte werkkledij, zoals
vast schoeisel met slipvrije zool, een
stevige, lange broek, beschermende
handschoenen, beschermen de bril
en een gehoorbescherming. Gebruik
het apparaat niet wanneer u op blote
voeten bent of open sandalen draagt.
Draag een stofmas ker indien u in een
stoffige omgeving werkt.
- Draag geen kleding of sierrade die
aan de luchtingang kunnen worden
aangezogen. Draag bij lang haar een
beschermende hoofdbekleding.
•
Controleer regelmatig de functionaliteit
en de ongeschonden toestand van het
apparaat om gevaren voor de operators
te vermijden.
•
Het apparaat mag niet door kinderen
gebruikt worden. Wetten en lokale bepa-
lingen kunnen een minimumleeftijd voor
het gebruik voorzien. Evenzeer is het
voor personen, die de gebruiksaanwij-
zing niet volledig kennen, verboden om
werkzaamheden met dit apparaat door
te voeren.
•
Dit apparaat dient niet om door perso-
nen (kinderen inbegrepen) met beperkte
fysieke, motorieke of psychische capa-
citeiten of met een tekort aan ervaring
en/of kennis gebruikt te worden; tenzij
zij van een voor de veiligheid instaande
persoon onder toezicht staan of tenzij zij
van deze laatste instructies krijgen, hoe
het apparaat te gebruiken is.
•
Kinderen dienen onder toezicht te staan
om te vrijwaren dat ze niet met het ap-
paraat spelen.
•
Laat andere personen het apparaat of
het verlengsnoer niet aanraken. Houd
het apparaat op een veilige afstand van