•
Zet het kruisteken op de blaasbuis in
lijn met het kruisteken op de bovenste
blaasbuis (6).
•
Steek de gemonteerde blaasbuis in de
bovenste blaasbuis en draai deze
totdat deze op zijn plaats vastklikt.
•
Ook kunt u het flexi-stuk (16) tussen de
bovenste blaasbuis en het
samengestelde gedeelte van de
blaasbuis zetten. Met het flexi-gedeelte
kunt u de machine beter en
gemakkelijker bedienen.
Montage van de draagriem
(GW250) (Fig. B4)
•
Bevestig de draagriem indien gewenst
aan de opzuig-/blaaskop en pas de
lengte aan aan de gebruiker.
Waarschuwing! De schouderriem mag
alleen tijdens de zuigstand worden
gebruikt. De schouderriem nooit tijdens de
blaasstand gebruiken.
Draagriem (GW254) (Fig. B5 & B6)
Voor gebruik in de flexi-blaas of de
opzuigstand.
•
Bevestig de kleine lus over de T-greep.
•
Stel de grote lus in naar wens van de
gebruiker.
•
De machine kan nu over de schouder
worden gehangen en worden gebruikt
zoals aangegeven.
Opvangzak (GW225) (Fig. F8)
•
F
De opvangzak met behulp van de
bajonetfitting aan de zuiguitlaat
vastmaken.
Aan/uit-schakelaar (Fig. C)
•
C
De aan/uit-schakelaar (2) bevindt zich
op de handgreep van de opzuig-/
blaaskop.
•
Zet de machine aan door de schakelaar
naar voren te schuiven.
•
De schakelaar werkt niet wanneer de
ontgrendelknop (3) is ingedrukt.
•
Zet de machine uit door de schakelaar
naar achteren te duwen.
Snoerclip (Fig. D)
•
D
Een snoerclip is achter in de opzuig-/
blaaskop ingebouwd.
•
Maak de verbinding tussen het
verlengsnoer en het uitgaande snoertje
van de machine.
•
Maak een lus in het verlengsnoer en
plaats dit in de voorzlene snoerclip.
NEDERLANDS
Gebruik van de machine (Fig. E)
Draag steeds een veiligheidsbril wanneer u
de machine in de blaas- of opzuigstand
gebruikt. Draag ook een gezichts- of
stofmasker indien de werkomgeving stoffig
is.
Blaasstand (GW250/GW254)
•
Controleer of de machine uitgeschakeld
is en of de stekker uit het stopcontact
is verwijderd.
•
E
Bevestig de blaaspijp (6) op de opzulg-/
blaaskop (1) (Fig. E1). Plaats de pijp
zoals afgebeeld en draai deze
vervolgens totdat de grendel/
ontgrendelpal volledig vergrendeld is
(Fig. E2).
•
Houd de blaaspijp ongeveer 20cm
boven de grond. Schakel de machine in
en loop rustig van links naar rechts
zwaaiend vooruit. Houd het
opgehoopte afval- of bladermateriaal
daarbij voor u (Fig. E4).
Blaaskrachtinstelling (GW225/GW250)
(Fig. E5)
•
Stand A - Maximale blaassnelheid.
•
Stand B - Blaasvermogen instelbaar
tussen A en C. Druk hiervoor op de
vergrendeling zoals afgebeeld en schuif
de hoger/lager-schakelaar in de
gewenste stand. Laat de schakelaar los
om de machine op de ingestelde
snelheid te vergrendelen.
•
Stand B - Minimale blaassnelheid.
•
Zodra het afval- of bladermateriaal
bijeen geblazen is, kunt u de machine in
de opzuigstand zetten om het afval op
te zuigen.
Verwijderen van de blaas-/
opzuigpijp (Fig. F)
•
Schakel de machine uit en haal de
stekker uit het stopcontact. (Staat de
machine in opzuigstand, verwijder dan
de opvangzak.)
•
F
Druk de ontgrendelingsknop in zoals
afgebeeld (Fig. F1) en zorg ervoor dat
de pijp niet op de grond valt.
•
De ontgrendelingsknop werkt niet
wanneer de aan/uit-schakelaar op "aan"
staat.
35