elkaar komt.
• De riemen moeten bij het aanpassen van de riemverdeler
(afb. 2) op de rechteren linkerzijde afzonderlijk in de juiste
lengte versteld worden. Stel hiervoor de lengte van de riemen
bij de kliksluiting (afb. 1) zodanig in dat ze beide strak onder
de kin aansluiten.
• De riemen hebben de juiste lengte wanneer de slaapriem
(afb. 5) strak naar beneden loopt maar niet in de huid snijdt,
en wanneer de achterhoofdriem (afb. 6), ook strak staat
en licht naar boven loopt. Bevestig het kussen weer op de
kinriem.
2.6.2 Helmen met draagvoorziening ringsysteem met
geïntegreerde riembevestiging (afb. 2a)
• Doe de riembevestiging (afb. 2a) omhoog, stel de slaapriem
zo in dat deze verticaal naar de kin loopt en schuif de
riembevestiging weer terug in de uitgangspositie.
• Stel de lengte van de riemen bij de kliksluiting (afb. 1)
zodanig in dat ze beide strak onder de kin aansluiten.
Verwijder hiervoor het kussen van de kinriem.
• De riemen hebben de juiste lengte wanneer de slaapriem
(afb. 5) strak naar beneden loopt maar niet in de huid snijdt,
en wanneer de achterhoofdriem (afb. 6), ook strak staat
en licht naar boven loopt. Bevestig het kussen weer op de
kinriem.
• Indien de riem met een kunststof klinknagel is vastgezet, mag
deze niet verwijderd worden (afb. 2b).
Equestrian_CE_09032018_MIG_Final_NEU.indd 95
2018.03.23. 11:04:15