Voorafgaand Aan Iedere Rit; Fiets Reinigen; Periodieke Inspectie (Een Keer In De 1-2 Maanden) - Blaupunkt E-MOBILITY CARL 280 Manual De Instrucciones

VOORAFGAAND AAN IEDERE RIT

Controleer voorafgaand aan vertrek de fiets op de volgende wijze:
• De remmen moeten goed werken.
• De banden moeten onbeschadigd en vrij van scherpe vreemde voorwerpen zijn.
De wielen moeten recht draaien (zonder slinger).
• Het profiel moet dik genoeg zijn en de banden voldoende opgepompt.
• Alle bouten en moeren moeten stevig aangedraaid zijn.
• Controleer of alle snelle blokkeringen correct zijn vastgezet.
• Het frame en de vork van de fiets mogen niet beschadigd zijn.
• Het stuur en de stuurpen moeten correct zijn aangedraaid en afgesteld in een voor
de berijder comfortabele positie.
• Het zadel en de zadelpen moeten correct zijn aangedraaid en afgesteld in een
voor de berijder comfortabele positie. Controleer of het zadel stevig vastzit.
Probeer ter controle het zadel te draaien en omhoog en omlaag te bewegen. Het
zadel mag hierbij niet bewegen.

FIETS REINIGEN

• Was de elektrische fiets niet met water. Dit kan leiden tot het nat worden van de
elektrische en elektronische systemen met schade en ongelukken tot gevolg.
• Verwijder vuil van de plastic en geverfde oppervlakken met een zacht doekje
bevochtigd met een oplossing van mild schoonmaakmiddel en water. Wrijf het
gereinigde oppervlak grondig droog met een zacht doekje.
• De elektrische aansluitingen en contacten, remblokken, wielen, banden en
plastic onderdelen NIET smeren of afnemen met vette doekjes.

PERIODIEKE INSPECTIE (EEN KEER IN DE 1-2 MAANDEN)

• Controleer of het stuur en de zadelpen goed vastzitten
en correct zijn afgesteld.
• Controleer de bevestiging van de wielnaven en blokkeringen.
• Controleer of de velgen niet gebarsten zijn. Controleer of de spaken heel zijn en niet
los zitten.
• Controleer het bandenprofiel. Er mogen geen gaten in de banden zitten.
• Controleer of de banden goed zijn opgepompt.
• Controleer of de accu voldoende is opgeladen.
• Controleer of de voor- en achterrem voldoende krachtig werken.
• Controleer of de remkabels goed gesmeerd zijn en de blokken dik genoeg zijn.
• Controleer of de lasnaden van het frame in goede staat zijn. Deze mogen niet
verroest zijn.
74