N E D E R L A N D S
Instellen van de langsgeleider (20) of freesgeleider (29) (fig. A1- A3)
Om de fijninstelling (4) optimaal te kunnen gebruiken, moet de
fijninstellingsklem (3) in middenpositie zijn gecentreerd.
• Draai de fijninstellingklem (3) en de borgschroeven (5) en (6) los.
• Schuif de geleider naar de gewenste positie.
Voor nauwkeurige sneden:
• Borg de fijninstellingsklem (3).
• Gebruik de fijninstelling (4) om de geleider nauwkeurig te positioneren.
De resolutie van de schaalverdeling op de knop bedraagt 0.1 mm.
• Borg eerst de voorste schroef (5) en vervolgens de achterste schroef (6).
• Controleer de afstand van de geleider naar zaagblad of freesbeitel.
• Maak nooit sneden zonder de schroeven (5 & 6) te borgen.
• U kunt de parallelaanslag het best met één hand vanaf de
voorkant verplaatsen.
DE2011 (optie)
Bevestigen van de cirkelzaag (fig. A2 & B)
De bevestigingsschroeven (19) zijn voorzien van een borglip.
Draai de bevestigingsschroeven niet meer dan twee slagen los.
• Draai de vier bevestigingsschroeven (19) in de zaagbevestigingsplaat (18)
los en verwijder de bevestigingsplaat.
• Plaats de bevestigingsplaat omgekeerd op het werkblad.
• Draai de moeren (35 & 37) los en schuif het bevestigingsprofiel (36) weg.
• Open de onderste beschermkap van uw zaagmachine en plaats het
zaagblad in de sleuf (34).
• Plaats uw zaag zo precies als mogelijk in het midden van de sleuf (34)
(zijkant - zijkant en voor - achter).
• Zet de AAN/UIT-schakelaar van de zaagmachine vast met de Velcro-
schakelaarblokkering.
Voor het optimaal vastzetten van de cirkelzaagmachine
moeten zowel de horizontale als de verticale bewegingen
worden geëlimineerd.
Om horizontale bewegingen te elimineren
• Zet de zaagschoen vast met het bevestigingsprofiel (36) en de vier
beugels (38) en draai alle moeren (35 & 37) handvast.
Om verticale bewegingen te elimineren
De klemmen (39) drukken uw zaagmachine stevig op de
bevestigingsplaat. De juiste instelling van de klemmen moet
proefondervindelijk worden vastgesteld. Ga als volgt te werk:
• Draai de moer (59) los om de veerspanning van de klem te verminderen.
• Gebruik bout (58) om de hoogte van de klem in te stellen.
• Borg de klemmen met behulp van de moeren (59). Zet ze niet te vast.
In deze fase mag de zaagmachine niet los van de bevestigingsplaat
komen wanneer deze wordt omgedraaid.
• Houd de achterkant van de klemmen binnen de stippellijn zoals
aangegeven.
• Draai de bevestigingsplaat (18) voor de zaag om en voer het snoer in
de tafel. Zorg ervoor dat de bevestigingsplaat gelijk ligt met het
werkblad en zet de vier bevestigingsschroeven (19) vast.
Instellen van de cirkelzaagmachine (het zaagblad) (fig. A2, B & C)
Gebruikt u steeds dezelfde zaagmachine in de Combi-tafel, dan hoeft
deze instelling maar eenmaal worden uitgevoerd.
nl - 3
Voor precisiesneden moet de zaagmachine altijd op de
parallelaanslag worden ingesteld, nooit op de lijnen in het
werkblad.
• Schuif de langsgeleider (20) naar de buitenkant van de sleuf (34) in de
zaaginlage. Stel de geleider in zoals hierboven beschreven.
• Meet de afstand van het zaagblad tot de geleider aan beide uiteinden
van het zaagblad (Zie tekening C).
• Bij beide uiteinden moet de afstand gelijk zijn.
Zo niet, stel dan als volgt bij:
• Draai de moeren (59) van de geveerde klemmen en de moeren (37)
van de beugels (38) een weinig los.
• Beweeg de zaagmachine een beetje om het zaagblad in te stellen.
• Controleer opnieuw.
• Draai alle moeren stevig vast.
• Controleer of het blad haaks op het tafeloppervlak staat met
behulp van een winkelhaak. (Als bijstellen noodzakelijk is, zie
dan de handleiding van uw zaagmachine).
• Zie ook de handleiding van uw zaagmachine voor het instellen
van het spouwmes.
Draai het blad handmatig om te controleren of het blad niet
langs de zaaginlage of de beschermkap van het zaagblad
schraapt.
De nul op de schaal moet samenvallen met de rand van het zaagblad.
Indien noodzakelijk, stel de schaal bij.
• Draai de twee schroeven die de schaal vasthouden los en stel de
schaal bij in de sleuven.
Uw cirkelzaagmachine verwijderen (fig. A2 & B)
• Draai de vier bevestigingsschroeven (19) in de bevestigingsplaat (18)
van de zaag los en draai de bevestigingsplaat met cirkelzaag om.
Draai de bevestigingsschroeven niet meer dan twee slagen los.
• Draai alleen de klemmen (39) los.
• Til uw cirkelzaagmachine op zonder de instelling te wijzigen.
Zaagdiepte-instelling
Zie, voor de zaagdiepte-instelling, de handleiding van uw
zaagmachine. Onthoud dat de maximum zaagdiepte ongeveer
10 mm minder is als de cirkelzaag als stationair gereedschap
wordt gebruikt.
Voor de beste resultaten moet het zaagblad ongeveer 3 mm
van het werkstuk uitsteken.
Afschuininstelling (fig. D)
Om afschuinsnedes met de Combi-tafel te maken, moet de zaaginlage
worden vervangen. Uw DE2011 Combi-tafel wordt geleverd met
1 standaard zaaginlage en 4 afschuinsnede-inlagen voor verschillende
afschuinhoeken. De inlagen zijn gemarkeerd met A, B, C en D.
Onderstaande tabel geeft aan welke inlage u moet gebruiken voor
bepaalde afschuinhoeken.
52