Afb 1. - Nadat u ervoor gezorgd hebt, dat de schoudergordels in de
correcte hoogte zijn ingesteld (vergelijk 5.1), trekt u de beide
schoudergordels over de schouders van uw baby.
Afb 2. - Geleid de uiteinden van de schoudergordels samen in het
gordelslot. Het slot is ineengesloten, wanneer een duidelijke „klik"
te horen is. Indien de schoudergordels te kort zouden zijn, handelt
u eerst zoals in afb. 5 is beschreven.
Afb 3. - Controleer de vaste ineensluiting door gelijktijdig aan de
schoudergordels en aan het gordelslot te trekken.
Afb 4. - Span het gordelslot aan door aan de centrale gordelregelaar te
trekken. Het gordelsysteem dient zo nauw mogelijk aan het
lichaam van uw baby aan te sluiten, zonder echter in te snijden. Let
vooral bij dikke (winter)kleding op een nauwe aansluiting.
Afb 5. - Door op de centrale gordelregelaar te drukken (rood gekenmerkt
„press" vlak) en gelijktijdig aan de schoudergordels te trekken
kunnen de schoudergordels weer losser worden gemaakt.
Wanneer u daarbij de schoudergordels naar achter over de rand
van de zitschaal legt, zullen de gordels bij het neerzetten van de
baby in de zitschaal niet de weg versperren.
6. Verzorgingsinstructies
6.1 De zitovertrek
De overtrek kan worden gewassen bij 30 graden in een programma voor fijne
was. Niet centrifugeren en niet in een wasdroger drogen.
12
NL