TECHNISCHE GEGEVENS
Temperatuur meetapparaat 2270-20
Contactzonetemperatuur ........................................................................-200 °C tot 1372 °C
Meetnauwkeurigheid
Voor omgevingstemperaturen van ......................................................18 °C tot 28 °C
Bij metingen van -100 °C tot 1.372 °C ................................................± (0,1 % van de weergavewaarde + 0,7 °C)
Bij metingen van -200 °C tot -100 °C ..................................................± (0,4 % van de weergavewaarde +0,7 °C)
Temperatuurcoëfficiënt
Bij metingen van -100 °C tot 1.372 °C ................................................0,01 % van de weegavewaarde + 0,05 °C per graad Celsius buiten het
.............................................................................................................omgevingstemperatuurbereik van 18 °C tot 28 °C
Bij metingen van -200 °C tot -100 °C ..................................................0,04% van de weegavewaarde + 0,05 °C per graad Celsius buiten het
.............................................................................................................omgevingstemperatuurbereik van 18 °C tot 28 °C
Resolutie van de contacttemperatuurweergave: .....................................0,1 °C
Temperatuurbereik meetsensor van het type K (levering) .......................-60 °C tot 200 °C
Temperatuurbereik meetsensor van het type K (niet bij de levering inbegrepen) ..-60 °C tot 1372 °C
Invoernauwkeurigheid meetsensor van het type K ................................................±1,1 °C of ±0,4 % van de weergavewaarde, al naargelang, welke waarde hoger is
Valhoogte ................................................................................................1 meter
Bedrijfstemperatuur ................................................................................-10 °C tot 50 °C
Opslagtemperatuur .................................................................................-40 °C tot 60 °C
Relatieve luchtvochtigheid .............................................................................10 tot 90 % zonder condensaatvorming bij een omgevingstemperatuur < 30 °C
Batterijtype ..............................................................................................3 x AA-batterij, LR6, 4.5 V DC
Levensduur batterij .................................................................................Meer dan 80 uur bij alle functies
Veiligheidsbepalingen ..............................................................................EN61326-1,2;IEC61000-3-2,3;IEC61000-4-2,3,4,5,6; CISPR11; FCC Part 15
Certificeringen .........................................................................................CE
Gewicht volgens de EPTA-procedure 01/2003 ........................................491 g
WAARSCHUWING! Lees alle veiligheidsinstructies en
aanwijzingen. Als de waarschuwingen en voorschriften niet
worden opgevolgd, kan dit een elektrische schok, brand of
ernstig letsel tot gevolg hebben.
Bewaar alle waarschuwingen en voorschriften voor
toekomstig gebruik.
VEILIGHEIDSADVIEZEN
Niet gebruiken in gevaarlijke omgevingen. Niet gebruiken bij
regen, sneeuw, op vochtige of natte plaatsen. Niet gebruiken in
explosiegevaarlijke bereiken (rook, stof of ontvlambare
materialen) omdat bij het plaatsen of verwijderen van de baterij
vonken kunnen ontstaan. Deze kunnen tot brand leiden.
Vóór het plaatsen of verwijderen van de accu moet het
apparaat uitgeschakeld en de stroomvoorziening naar het te
controleren object onderbroken worden.
Voor een optimaal bedrijf moeten 3AA-batterijen correct in het
apparaat worden geplaatst. Gebruik geen andere spannings- of
stroomverzorging.
Bewaar batterijen altijd buiten het bereik van kinderen!
Plaats geen nieuwe batterijen samen met gebruikte apparaten
in het apparaat. Gebruik geen batterijen van verschillende
fabrikanten (of verschillende types van een fabrikant) samen.
Plaats geen oplaadbare batterijen samen met niet-oplaadbare
batterijen.
Plaats de batterijen overeenkomstig de symbolen +/-.
Verbruikte batterijen moeten per omgaande volgens de
voorschriften worden afgevoerd.
Onder extreme belasting of extreme temperaturen kan uit de
accu accu-vloeistof lopen. Na contact met accu-vloeistof direct
afwassen met water en zeep. Bij oogcontact direct minstens 10
minuten grondig spoelen en onmiddelijk een arts raadplegen.
Dit apparaat is niet geschikt voor het gebruik door personen
(inclusief kinderen) met beperkte lichamelijke, sensorische of
geestelijke vermogens of gebrekkige ervaring resp. vakkennis,
tenzij ze dienovereenkomstig worden geïnstrueerd of begeleid
door een voor de veiligheid verantwoordelijke persoon. Op
kinderen moet toezicht worden gehouden om te voorkomen dat
ze met het apparaat spelen.
VOORGESCHREVEN GEBRUIK VAN HET SYSTEEM
Het temperatuurmeetapparaat is bedoeld voor de meting van
de contacttemperatuur met een meetsensor van het type K.
Dit apparaat uitsluitend gebruiken voor normaal gebruik, zoals
aangegeven.
20
NEDERLANDS
DISPLAY
Weergave batterijstatus
Weergave Delta T1-T2
Weergave in °C of in °F
Primaire meting
Secundaire meting
Weergave vasthouden (hold)
Tijd MIN MAX
In totaal verstreken tijd
TOETSEN
Keuzeschakelaar °C of °F
Power ON/OFF
Toets MIN MAX Ø
Toets START STOP
Keuzeschakelaar bedrijfsmodus
Toets Hold
METEN VAN DE CONTACTTEMEPRATUUR MET EEN
MEETSENSOR VAN HET TYPE K
Waarschuwing!
Sluit de meetsensor nooit aan op een stroomvoerende
schakelkring.
Gebruik voor dit meetapparaat alleen meetsensoren van het
type K.
1. Steek de meetsensor in de inzet. U kunt twee meetsensoren
tegelijkertijd gebruiken.
2. Houd de toets
ingedrukt om het apparaat in te
schakelen.
De weergave van de contacttemperatuur wordt voortdurend
geactualiseerd totdat de meetsensor het thermische
evenwicht met het object heeft bereikt. Als langer dan 5
minuten geen toets wordt ingedrukt, gaat de weergave over
naar de zwak verlichte toestand. Als gedurende nog eens
25 minuten geen toets wordt ingedrukt, schakelt het
meetapparaat automatisch uit.
Als de weergave voor een lage batterijstatus
schakelt het apparaat al 5 minuten na de laatste
toetsbediening automatisch uit (batterijen zo snel mogelijk
vervangen).
3. Druk op de toets
of
om de timer te starten en de
minimale, maximale en gemiddelde temperatuur gedurende
een bepaalde periode te meten.
Na de activering van de timer schakelt het apparaat pas na
30 uur automatisch uit.
4. Druk op de toets
om afwisselend de minimale,
maximale en gemiddelde waarden weer te geven. Ook de
meettijden worden afwisselend voor de minimale, maximale
en gemiddelde waarden weergegeven.
5. Druk op de toets
om de timer uit te schakelen en de
weergaven van de minimale, maximale en gemiddelde
waarden te stoppen.
6. Druk op de toets
om tussen graden Celsius (°C) en
Fahrenheit (°F) te kiezen.
7. Druk op de toets
om de weergegeven meetwaarden
vast te houden of weer vrij te geven.
8. Druk op de toets
voor het wijzigen van de waarde die
voor de primaire of secundaire meting weergegeven wordt.
9. Druk op de toets
om het apparaat uit te schakelen.
ONDERHOUD
Waarschuwing!
Vermijd persoonlijk letsel en dompel het apparaat nooit onder
in vloeistof en voorkom dat vloeistof in het apparaat kan
dringen.
Houd het apparaat vrij van stof en verontreinigingen. Houd het
apparaat schoon en droog en vrij van olie en vet. Reinigings-
en oplosmiddelen zijn schadelijk voor kunststoffen en andere
isolerende onderdelen. Reinig het apparaat daarom alleen met
een vochtige doek. Gebruik nooit brandbare oplosmiddelen in
de buurt van het apparaat.
Gebruik uitsluitend Milwaukee toebehoren en onderdelen.
Indien componenten die moeten worden vervangen niet zijn
beschreven, neem dan contact op met een officieel Milwaukee
servicecentrum (zie onze lijst met servicecentra).
Onder vermelding van het tiencijferige nummer op het
machineplaatje is desgewenst een doorsnedetekening van de
machine verkrijgbaar bij: Techtronic Industries GmbH,
Max-Eyth-Straße 10, 71364 Winnenden, Germany.
verschijnt,
SYMBOLEN
Graag instructies zorgvuldig doorlezen vóórdat
u de machine in gebruik neemt.
Geef elektrisch gereedschap niet met het
huisvuil mee! Volgens de Europese richtlijn
2002/96/EG inzake oude elektrische en
lektronische apparaten en de toepassing
daarvan binnen de nationale wetgeving, dient
gebruikt elektrisch gereedschap gescheiden te
worden ingezameld en te worden afgevoerd
naar een recycle bedrijf dat voldoet aan de
geldende milieu-eisen.
CE-keurmerk
NEDERLANDS
21