ACCU
Indien de generator is voorzien van een accu:
Niet roken als men met de accu werkt.
De accu produceert brandbare gassen, deze kunnen exploderen
in aanwezigheid van vonken of open vuur.
Tijdens het gebruik van accu's moet men deze in goed
geventileerde ruimten houden en ver van open vuur of vonken.
2 - COMPONENTEN EN
BEDIENINGSORGANEN (FIG. 1)
1) Handgreep voor het transport
2) Brandstofdop
3) Brandstoftank
4) Stopklep voor de brandstof
5) Handgreep en startkabel
6) Schakelaar van de motor
7) Hendel voor de lucht
8) Luchtfilter
9) AC contact (wisselstroom)
10) Generator
11) Uitlaat
12) Motor
13) Bougie
14) DC contact (gelijkstroom) - 12V
3 - VOORBEREIDING VÓÓR HET BEDRIJF
1. Om electrische schokken te voorkomen moet men de
machine voor het gebruik met de aarde verbinden (FIG. 2)
2. Maak de brandstof met groene benzine 2% olie klaar in
speciaal daarvoor bestemd vat, gebruik daarbij de dop van
de tank als maatbeker. (FIG. 3/b).
WAARSCHUWING: houd u aan de hoeveelheid die in de
tabel wordt aangegeven.
Inhoud van de brandstoftank: 4,2 liter.
GROENE BENZINE
3. Giet de mengsmering in de tank en sluit goed de dop
4. Vul niet bij tot boven de grens van het brandstoffilter. (FIG. 3/a)
WAARSCHUWING: haal nooit het filter van de tank af als men
de mengsmering erin giet.
OPGELET!
- Vul geen tank opnieuw terwijl de motor of heet loopt.
- Sluit de brandstofhaan alvorens met brandstof bij te tanken.
- Ben zorgvuldig om stof, vuil, water of andere buitenlandse
voorwerpen in de brandstof niet toe te staan.
- Veeg grondig van gemorste brandstof af alvorens te beginnen
motor.
TRANSPORT EN OPSLAG
Voordat men de generator op een voertuig zet, of hem voor
lange tijd opbergt, moet men alle brandstof uit de tank en de
olie uit de carter (indien aanwezig) halen om mogelijk lekken te
voorkomen.
Bewaar de generator in een goed geventileerde ruimte.
4 - STARTEN VAN DE MOTOR
Voor de start moet men nog geen electrische apparatuur
aansluiten (FIG. 4/a)
1. Schud de brandstoftank voordat men de motor start.
2. Draai de brandstofkraan naar «ON». (FIG. 4/b)
3. Draai de luchthendel naar
4. Zet de schakelaar van de motor op «ON». (FIG. 5/b)
5. Trek voorzichtig aan het startkoord tot men weerstand voelt,
6. Na het starten moet men de luchthendel voor een paar
OPGELET Bij de eerste start kan het zijn dat de motor niet
meteen wil starten. Probeer dus zolang de motor start.
Met warme motor is het mogelijk niet nodig om de choke uit
te trekken.
Start de motor NOOIT in een gesloten ruimte: de uitlaatgassen
bevatten koolmonoxide, een gas waarvan men eerst het
bewustzijn verliest en daarna kan sterven.
OLIE
5 - TABEL TOEPASSINGEN
49
(1). (FIG. 5/a)
daarna hard en snel doortrekken (FIG. 6/a).
OPGELET: Voorkom dat het startkoord vrij wordt opgerold
tegen de voorkomen. Men moet het langzaam naar binnen
laten gaan om schade aan de starter of de behuizing te
voorkomen.
minuten in de middelste stand laten en zo de motor warm
laten lopen.
Draai de luchthendel terug. (FIG. 6/b)
NPEGG780 - Vermogen CA
50 Hz
~ 650 W
60 Hz
~ 800 W
50 Hz
~ 480 W
60 Hz
~ 600 W
50 Hz
~ 570 W
60 Hz
~ 700 W
NPEGG780 - Wanneer men de accu laadt
12V / 8.3 A
NL
Vermogensfactor
1
0.7-0.8
0.7-0.95
Maximale capaciteit
van de te laden accu:
40 Ah (Ampere-ora)