Let op: heet water en stoom kunnen brandwonden veroorzaken! Richt het stoompijpje op de drup-
pelbak.
kOFFIEbONEN
1
Controleer of het apparaat
gereed is.
Plaats het (de) warme
koffiekopje(s) onder de kof-
fieafgiftegroep.
GEMALEN kOFFIE
1
Controleer of het apparaat
gereed is.
Plaats het warme koffie-
kopje onder de koffieafgif-
tegroep.
HEET WATER
1
Plaats een kan onder het
stoompijpje
kOFFIEAGIFTE / HEET WATER
Of
Druk op de toets van de
gewenste koffie.
1 keer = 1 kopje koffie.
Selecteer de functie "Gema-
len koffie".
Open de kraan voor de wa-
terafgifte.
Even wachten
Of
2 keer = 2 kopjes koffie.
Gebruik de maatlepel voor
de gemalen koffie.
MAX. 1 MAATLEPEL
Wanneer de gewenste hoe-
veelheid bereikt is, sluit u de
kraan
9
Wanneer het apparaat klaar
is, neemt u het (de) kopje(s)
weg.
Of
Druk op de toets van de ge-
wenste koffie.
Wanneer het apparaat klaar is,
neemt u het kopje weg.
Neem de kan weg