Chicco Finder Manual Del Usuario página 26

Tabla de contenido
Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 18
DE RUGDRAGER AFSTELLEN
Het is aangeraden om de afstellingen van de rugdrager de
eerste maal uit te voeren zonder het kind erin. Eerst nadat
u gecontroleerd heeft dat alles in orde is en de rugdrager
geen defecten heeft, kunt u het kind in de rugdrager plaat-
sen zoals uitgelegd wordt in de volgende paragraaf.
3. De rugdrager kan op 4 verschillende maten afgesteld
worden om hem aan te passen aan de lichaamsbouw
van de gebruiker. De bovenste lus is geschikt voor een
grote lichaamsbouw; met de andere lussen wordt de
rugdrager aangepast aan personen met een kleinere li-
chaamsbouw. Stel de maat van de rugdrager af, alvorens
hem om te doen, met het strookje met de klittenband in
het midden van de rug: steek het strookje met de klitten-
band in de betreffende lus, plooi hem en maak de klitten-
band vast (fig. 3 - 3A).
4. Nadat u de maat heeft gekozen en de rugdrager zon-
der kind heeft omgedaan, dienen de schouderriemen te
worden aangepast aan de lichaamsbouw van de gebrui-
ker. Trek aan de onderste riempjes van de schouderrie-
men tot u de juiste maat heeft (fig. 4). Voor meer comfort
en een betere houding is het aangeraden om de riem-
pjes bovenop de schouderriemen goed aan te spannen
(fig. 4A), zodat de rug van de rugdrager goed tegen de
romp van de gebruiker gedrukt wordt.
5. De rugdrager is voorzien van een heupgordel met een
gesp in het midden (fig. 5), die aan de lichaamsbouw van
de gebruiker aangepast wordt. Aan de zijkanten van de
heupgordel bevinden zich riempjes om de gordel nog
verder af te stellen (fig. 5A).
6. Tenslotte wordt er aanbevolen om ook de gesp van het
riempje ter hoogte van de borst vast te maken en af te
stellen (fig. 6).
LET OP: als enkele van de hiervoor beschreven handelin-
gen niet correct worden uitgevoerd, kan de stabiliteit van
de rugdrager tijdens het gebruik gestoord worden.
PLAATSEN VAN HET KIND IN DE RUGDRAGER
7. Het zitje heeft een vijfpuntsveiligheidsgordel (fig. 7). Voor
het comfort van het kind zijn de schouderriemen en het
hoofdsteunkussen opgevuld.
8. Het zitje heeft twee laterale beschermstukken (fig. 8). Op
de beschermstukken bevinden zich riempjes met gespen
om ze te openen en te regelen, waarmee u de afstand tus-
sen de zitting en de rug van de ouder regelt (fig. 8A).
9. Open een lateraal beschermstuk en maak de gordels
los: nu kunt u het kind in het zitje plaatsen. Om het kind
goed vast te maken steekt u zijn armen door de speciale
gordels/schouderriemen (fig. 9). De gordels/schouder-
riemen bevestigt u met hun gespen onder het zitje (fig.
9A). Regel de lengte van de gordels met de riempjes aan
de zijkant van het zitje (fig. 9B). Sluit tenslotte de zijklep
die u eerder hebt geopend (fig. 9C). Om het kind uit de
rugdrager te nemen voert u de uitgelegde handelingen
in omgekeerde volgorde uit.
10. Met het riempje aan de voorkant van het zitje kunt u
de hoogte ervan wijzigen en aanpassen aan de grootte
van het kind (fig. 10).
11. Zodra u de rugdrager heeft omgedaan, sluit u de ach-
terste buis, zoals getoond op afbeelding 11, zodat de
rugdrager kleinere afmetingen heeft.
LET OP: Open altijd de steun voordat u de rugdrager afdoet.
Plaats de rugdrager op een vlak oppervlak en controleer of
hij stabiel staat.
LET OP: om de veiligheid van het kind te garanderen dient
u de veiligheidsgordels te gebruiken.
DE BEKLEDING VAN DE RUGDRAGER NEMEN EN AAN-
BRENGEN
12. Om de stoffen bekleding te verwijderen opent u de
ritssluiting onderaan de rugdrager helemaal (fig. 12);
maak de drukknopen onder de voorste pootjes los en
trek het bandje naar voor (fig. 12A). Trek vervolgens met
een hand de stof omhoog met de twee stoffen grepen
bovenaan de rugdrager en houd met de andere hand
het frame vast (fig. 12B).
13. Om de bekleding terug aan te brengen steekt u het
frame in de daarvoor bedoelde gedeelten van de be-
kleding. Let er op dat de achterste buis in zijn stoffen
bekleding terecht komt (fig. 13). Duw het frame in de
bekleding totdat hij juist zit. Plaats vervolgens de stoffen
band onder de voorste pootjes en maak de drukknopen
vast; sluit tenslotte de ritssluiting onderaan de rugdra-
ger (die u eerder heeft geopend).
TASSEN
14. Onder het zitje bevindt zich een opbergruimte met een
ritssluiting aan elke zijde van de rugdrager (fig. 14).
15. Op de achterzijde van de rugdrager is er een tas met
ritssluiting (fig. 15).
16. Aan beide zijden van de heupgordel zijn er openingen
waar u kleine voorwerpen kunt insteken (fig. 16).
SLAB
17. De rugdrager is voorzien van een handig slabbetje
aan de bovenzijde van de rugkant. Gebruik de speciale
knoppen om het slabbetje aan te brengen/los te maken
(fig. 17).
REGENHOES
18. Om de regenhoes aan te brengen trekt u hem langs de
bovenzijde over de rugdrager totdat hij goed op de kap
zit. Duw vervolgens het riempje met de knop onder de
schouderriemen van de ouder en maak hem vast in zijn
knoopsgat. Draai tenslotte de 2 strookjes met klitten-
band rond de voorste greep en sluit ze (fig. 18).
LET OP: de regenhoes kan uitsluitend op de rugdrager ge-
bruikt worden als ook de kap gemonteerd is.
26
S
V
S
T
O
EV
A
PA
V
• O
s
• O
n
• O
k
ä
d
h
t
• O
n
• A
m
Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido