■
Tijdens het opladen kan het apparaat warm worden. Zet het apparaat tijdens het opladen op
een goed geventileerde plek en dek het niet af.
■
Oefen geen druk uit op het display. Bij breuk van het display kan het aanraken van scherpe
randen letsel veroorzaken.
■
Het apparaat is geschikt voor gebruik buitenshuis en is beschermd tegen druip- en spatwater.
Het apparaat kan tot 20 minuten maximaal 3 meter diep in water worden ondergedompeld.
Bij gebruik van het apparaat onder water moeten het accuvak en het zijvak volledig afgesloten
zijn.
■
Controleer de rubberen afdichtingen van het accuvak en het zijvak op zichtbare schade.
Controleer dit voorafgaand aan elk gebruik van het apparaat onder water. Als de rubberen
afdichtingen beschadigd zijn, mag het apparaat niet onder water worden gebruikt.
■
Spring niet met het apparaat in het water. Dompel het apparaat langzaam onder in water.
■
Gebruik het apparaat niet in de buurt van open vuur (bijv. kaarsen) of onder extreme omstan-
digheden (bijv. in een omgeving waar explosiegevaar heerst).
■
Het apparaat mag niet worden gebruikt in zones waarin zich explosieve gasmengsels kunnen
vormen, hiertoe behoren bijv. tankinstallaties.
■
Stel het apparaat nooit bloot aan extreme hitte of een hoge luchtvochtigheid. Dit geldt met
name bij het opbergen in een auto. Als een auto langere tijd stilstaat bij warm weer met recht-
streeks zonlicht, ontstaan temperaturen hoger dan 50 °C in de auto en in het handschoenen-
vak. Haal elektrische en elektronische apparaten uit het voertuig.
■
Zorg er bij de montage van het apparaat en de accessoires voor dat deze geen belemmering
vormen bij het sturen, remmen of voor de inzetbaarheid van andere bedrijfssystemen van het
voertuig (bijv. airbags), of dat deze uw zicht tijdens het rijden beperken. Vergewis u ervan dat
de zuignap van de zuignaphouder niet meer dan 4 cm in het wisbereik van de ruitenwissers
(lichtgrijze sectie) en niet meer dan 1 cm in het bereik direct boven het stuur (grijze sectie) komt
(zie afbeelding).
■
GEVAAR! Plaats de houder niet binnen het uitvouwbereik van de airbag of in de buurt
ervan, omdat de houder bij activering van de airbag door de binnenruimte van het voertuig
kan worden geslingerd en ernstig letsel kan veroorzaken.
■
118
NL│BE
│
SWK 360 A1