4.
Indien er een kabelmanagementsysteem op uw apparaat is geïnstalleerd (zie paragraaf
B2.2), moet u het externe deel van het snoer en de stekker stevig vastmaken door:
De stekker voorzichtig in de bak te plaatsen.
Het snoer netjes en veilig om de snoerhouder aan de zijkant van de bak-assemblage te
wikkelen.
NB Een onjuiste plaatsing van de sonde kan leiden tot:
het niet bereiken van een hoogwaardige ontsmetting tijdens de trophon EPR-
ontsmettingscyclus.
het achterblijven van resten ontsmettingsmiddel op het sonde-oppervlak. Dit kan leiden tot
tijdelijke verbleking en/of irritatie van de huid als er geen handschoenen worden gedragen.
De sonde kan beschadigd raken als deze in aanraking komt met de wand van de kamer.
NB Gebogen sondes moeten correct in het apparaat worden geplaatst. Zie figuur 12. De CPP-
accessoire (curved probe positioner; gebogen sondehouder) is nodig om bepaalde sondes op hun
plaats te houden. Raadpleeg de trophon EPR Validated Probes List.
L00049 3.0 04/2016
Figuur 10
Figuur 11
75