2 3
Aansluiten van de tank
Sluit de tank aan met een slang van goede kwaliteit. Voorkom hierbij
het maken van scherpe knikken en zakken in de slang.
Beugel de slang op niet te grote, regelmatige, afstanden. In z.g. 'zak-
ken' in de slang zal zich bezinksel ophopen wat na enige tijd verstop-
pingen geeft.
De gewapende slang moet een zogenaamde (geurdichte) vuilwa-
terslang zijn en tenminste bestand zijn tegen een geringe over- en
onderdruk 30 kPa (0,3 bar).
Vetus levert een voor vuilwater geschikte slang.
Art.code: WWHOSE16A (inw. ø 16 mm),
WWHOSE19A (inw. ø 19 mm),
WWHOSE25A (inw. ø 25 mm),
WWHOSE38A (inw. ø 38 mm),
Speciaal voor zwartwatertanks, geurdichte vuilwaterslang:
Art.code: SAHOSE16 (inw. ø 16 mm),
SAHOSE19 (inw. ø 19 mm),
SAHOSE25 (inw. ø 25 mm),
SAHOSE38 (inw. ø 38 mm).
Monteer elke slangverbinding met een goede roestvaststalen slang-
klem.
Installeer de pomp '10' en de huiddoorvoer met de afsluiter '12'
Installeer de afzuigslang(en) '17' (ø 38 mm) zodanig dat zowel de
tank, de pomp als de dekdop e.d. niet mechanisch worden belast.
Monteer de ontluchtingsnippel '14' , zo hoog mogelijk, boven het
niveau van de bovenzijde van de tank. Kies een zodanige plaats voor
9
20
1
1
1
'Zwartwater' systeem
2
'Grijswater' systeem
1.
Vuilwaterwatertank
2.
Toeloopaansluiting,
ø 16, ø 19, ø 25, ø 35 en ø 38 mm
3.
Ontluchtingsaansluiting, ø 19 mm
4.
Afzuigbuis: ø 38 mm
5.
Gever voor niveaumeter
6
110105.04
7
6
15
14
14
18
8
17
8
3
20
21
2
10
1
2
6.
Wasbak
7.
Douche
8.
Sifon (Stankafsluiter)
9.
Toilet
10. Vuilwaterpomp
11. Bochtbeluchter
12. Huiddoorvoer met afsluiter
13. Huiddoorvoer ø 8 mm
14. Ontluchtingsnippel: ø 19 mm
de ontluchtingsnippel dat regen- of buitenwater niet zal binnendrin-
gen.
Monteer de ontluchtingsleiding '18' , inwendige diameter 16/19/
25/38 mm, tussen de ontluchtingsnippel en de tank. De ontluch-
tingsleiding dient, vanaf de tank gezien, voortdurend in hoogte op-
lopend te worden gemoteerd.
Het is zeer raadzaam om in de leiding een geurfilter type NSF te plaat-
sen. Dit voorkomt onaangename geuren uit de ontluchtingsnippel.
Spoelleiding
Om de tank eenvoudig met schoon te water te kunnen door spoelen
kan een extra fitting in de bovenzijde van de tank worden gemaakt
welke wordt aangesloten op een extra dekdop. Via deze dekdop kan
schoon water worden toegevoerd.
Afvoerpomp
Een niet-zelfaanzuigende vuilwaterpomp moet lager dan, of op ge-
lijke hoogte met, de onderzijde van de tank worden opgesteld. De
aansluiting van de pomp moet zich dan ook zo laag mogelijk in de
tank bevinden.
Een zelfaanzuigende vuilwaterpomp mag op een willekeurige hoog-
te ten opzichte van de tank worden opgesteld.
Installeer een bochtbeluchter '11' in de afvoerleiding tussen pomp
en huiddoorvoer indien de vuilwatertank onder de waterlijn is opge-
steld en de huiddoorvoer zich ook onder de waterlijn bevindt.
2 4
Controle
Controleer na installatie het systeem op dichtheid.
Afpersdruk 20 kPa (0,2 bar).
9
18
16
22
19
13
min. 40 cm
4 5
11
17
(16")
12
21
17
15. Geurfilter: ø 19, ø 25, ø 38 mm
16. Dekdop voor afzuiging
17. Afzuig-vuilwaterslang: ø 38 mm
18. Ontluchtingsleiding: ø 19 mm
19. Beluchtingsleiding: ø 8 mm
20. Toeloop-vuilwaterslang,
21. Drie-wegkraan
22. Spoelleiding
15
14
14
16
19
17
11
12
10
ø 16, ø 19, ø 25, ø 35 en ø 38 mm
Connection kit for waste water tanks
13
min. 40 cm