G
Vragen om regeling van de ventilatie
- Eén techniek om het energieverbruik te verminderen en daarbij de luchtkwaliteit goed te houden, is vragen om geregelde
ventilatie. In de plaats van het instellen van de doorvoer met een vaste vervangingssnelheid voor de lucht, wordt de sensor
voor kooldioxide (CO
-sensor) gebruikt om de snelheid dynamisch te regelen, gebaseerd op de emissies van de werkelijke
2
gebruikers van het gebouw.
- CO
-sensor is een optionele component die in het veld geleverd wordt. Zie de onderstaande informatie voor de aanbeveling
2
van keuze CO
-sensor:
2
(i)
Type: Type leiding bevestigd
(ii)
Stroominput: 24 VDC, 50Hz
(iii)
Bereik werktemperatuur: 0 ~ 52°C
(iv)
Bereik temperatuur atmosfeer: -15 ~ 52ºC
(v)
Metingsbereik: 0 ~ 5000 PPM (hangt af van toepassing)
(vi)
Voltage output: 2 ~ 10 VDC
(vii)
Draadafmeting: AWG18
(viii) Maximale toegestane stroom: 7A
(ix)
Standaard voor compliance: Om plaatselijke en nationale regels te volgen
- De zuinigheidscontroller wordt standaard geleverd met ingebouwde software die klaar is voor de integratie van de CO
sensor. Deze wordt alleen geactiveerd in de zuinigheidsmodus. Het wordt de gebruiker toegestaan om de verschillende
drempelwaarden te kiezen met dip-schakelaar 3. Zie de richtlijnen voor de instelling van het object die men ziet in deel (D)
(v) in het hoofdstuk "BEDIENINGSGIDS REGELFUNCTIES" in deze handleiding voor de keuze van de drempelwaarde van het
PPM-niveau van CO
.
2
Bijvoorbeeld: Om een CO
dient de gebruiker de volgende stappen uit te voeren:-
Stap 1:
Schakel SW4 in met de enige dip-schakelaar in het hoofdbord van de controller in de positie ON
(standaard instelling van fabriek is in de positie OFF).
Stap 2:
Schakel paneelparaeter G6 in (zuinigheidsregeling) door de afstandsbediening in de posite '1' (ON)
te zette (standaard instelling van fabriek is in de positie '0' (OFF)),
Stap 3:
Zorg dat SW2 in dip-schakelaar 4 (bord controller zuinigheidsmodule) in positie OFF staat (standaard
instelling van fabriek is in de positie OFF).
Stap 4:
Schakel SW1 in in dip-schakelaar 3 (bord controller zuinigheidsmodule) in positie ON (standaard
instelling van fabriek is in de positie OFF).
{SW1 in dip-schakelaar 3 = 25%, door berekening betekent 25% van 5000 PPM of equivalent aan
1250 PPM }.
- Als de CO
-sensor wordt blootgesteld aan de buitenomgeving, bedek de sensor dan met een spatwaterbestendige kast
2
(IPX4) met een schroef als vergrendelmechanisme of vergelijkbare methode zodat wordt voorkomen dat er water in de
CO
-sensor binnendringt en mogelijk contact maakt met de sensor. De aansluiting van de CO
2
een onderdeel dat ONDER SPANNING STAAT.
- Vervolgens sluit u de draad van CO
draden op de CO
-sensor. Sluit de draden aan zoals u hieronder ziet:
2
Draad voor
- sluit aan op eerste pool van
aarding
eindpuntblok met lade "GND".
Draad onder
- sluit aan op tweede pool van
+24VDC stroom
eindpuntblok met label "+24V".
Draad signaal
- sluit aan op derde pool van
output/feedback
eindpuntblok met lade "FB".
(Raadpleeg de sticker met het bedradingsdiagram
dat zich bevindt op de voorkant van de kabelkast.)
De draden verkeerd aansluiten kan tot gevolg hebben dat
de CO
-sensor of het regelbord voor de zuinigheidsmodle
2
of beide niet goed functioneren. Klem de draden met
afneembare kabelklemmen onder de kabelkast.
-sensor te gebruiken met meetbereik van 0 ~ 5000 PPM met de drempelwaarde op 1250PPM,
2
-sensor aan op de kabekast in het binnencompartiment van de eenheid. Er zijn drie
2
LET OP
Kabelkast
NAAR PCB3 (ECO)
NAAR PCB3 (ECO)
NAAR PCB3 (ECO)
CN_ACT_RA
CN_ACT_OA
TB RA
TB OA
TB C02
GND +24V DCV
FB
GND +24V
GND +24V DCV
FB
RA ACTUATOR
OA ACTUATOR
Label "RA"
Eindpuntblok met label "CO
aangesloten worden aan de CO
Detailoverzicht over kabelkast
-sensor wordt beschouwd als
2
CN_C02
Sticker met
FB
bedradingsdiagram
op de voorkant van
de kabelkast.
C02-SENSOR
Label "OA"
Label "CO
"
2
" - moet
2
-sensor.
2
39
-
2