sluitblok van de binnen- en buitenunit.
3.
Om binnendringen van water te voorkomen, dient de verbindingskabel in een lus te worden aange-
bracht, zoals wordt getoond in het installatieschema voor de binnen- en buitenunit.
4.
Isoleer ongebruikte snoeren (geleiders) met PVC-tape. Zorg dat deze geen elektrische of metalen delen
aanraken.
Fig. 24
REINIGEN MET LUCHT (voor TS modellen)
Als er lucht en vocht, bijvoorbeeld na de installatie, in het koelsysteem achterblijft, kan dat ongewenste
effecten of schade veroorzaken, zoals hieronder wordt vermeld:
•
Druk in het systeem stijgt.
•
Werkstroom neemt toe.
•
Koel- of verwarmingsrendement neemt af.
•
Door vocht in het koudemiddelcircuit kunnen capillaire leidingen bevriezen en geblokkeerd raken.
•
Water kan corrosie van onderdelen in het koelsysteem veroorzaken.
•
Beschadiging van de compressor.
Daarom moeten de binnenunit en het leidingwerk tussen de binnen- en de buitenunit altijd worden getest
op lekkages en worden leeggepompt met behulp van een vacuümpomp om eventueel aanwezige niet-con-
denseerbare stoffen en vocht uit het systeem te verwijderen.
Lengte van de leidingen en hoeveelheid koudemiddel (voor TS modellen)
•
Wanneer de unit naar een andere locatie wordt verplaatst, moet deze worden leeggepompt met een
vacuümpomp.
•
Zorg ervoor dat het koudemiddel waarmee de airconditioning wordt gevuld altijd vloeibaar is.
•
Gebruik uitsluitend koudemiddel van het type dat wordt vermeld op het typeplaatje.
116