Kabels leggen en laadstroomrelais monteren
1.
Koppel de klem van de minpool van de accu af.
2.
Steek het 3-polige stekkerhuis in de 13-polige elektrische installatie voor aanhangerkoppelingen
van Westfalia (achter de kofferruimte-bekleding) en laat het vastklikken.
Leid het stuk van de kabelbundel dat over is naar de voertuigaccu.
3.
Steek het contact van de rode kabel en het contact van de korte rode kabel in de zekeringhouder
(korte kabel en zekeringhouder bij de levering inbegrepen). Sluit eerst de gele zekeringclips
aan en dan de blauwe van 15 A. Sluit de platte zekering aan en druk het plastic kapje erop.
4.
Bevestig met behulp van schroef (bij de levering inbegrepen), veerring en moer zodanig het
acculaadstroomrelais dat de aansluitingen naar beneden wijzen. Dit moet op een plaats
gebeuren die zich in de buurt van de accu bevindt en waar het relais beschermd is tegen
spatwater. Eventueel een gat van Ø 5,5 mm boren, antiroestmiddel aanbrengen en laten drogen.
5.
De aansluiting van de steekcontacten van het laadstroomrelais moet als volgt gebeuren:
Pin 30 = korte, rode kabel (bij de levering inbegrepen); andere zijde bezit een ringoog.
Pin 85 = lange, roodzwarte kabel (bij de levering inbegrepen); andere zijde met het ringoog op
de minpool van de accu aansluiten.
Pin 86 = lange, zwarte kabel (bij de levering inbegrepen), andere zijde op de 3-polige
verdeelstekker aansluiten.
Pin 87 = gele kabel aansluiten.
6.
Snijd op een geschikte plek de kabel met klem 15 door, strip ca. 5 mm van de kabeluiteinden
af, omsnoer de 6,3 platte stekkerhulsen (bij de levering inbegrepen) en steek ze op de twee
vrije contacten van de 3-polige verdeelstekker met de zwarte kabel. Let op: geschakelde plus
via het contactslot.
7.
De rode kabels met de ringogen op de pluspool van de accu aansluiten, de bruine kabel met
het ringoog op de minpool van de accu aansluiten.
8.
Alle kabels met kabelbinders bevestigen of in de beschikbare kabelhouders steken.
Bekledingen en gedemonteerde delen weer monteren.
9.
Sluit de massakabel van de accu weer aan en controleer alle functies met een geschikt
testapparaat of een geconfectioneerde aanhanger.
Aansluitschema
De nieuw ingebouwde 3-polige kabelstreng is als volgt op de 13-polige contactdoos aangesloten:
Rode kabel
Gele kabel
Bruine kabel
Aanwijzingen
De massadraden van de aanhanger van de 13-polige contactdoos (contactnr. 3 en 13) mogen niet
elektrisch verbonden zijn!
De rode kabel zorgt voor de stroomverzorging van de aanhanger. Hierbij vindt geen controle van de
voertuigaccu plaats. Daarom is het raadzaam om een spanningsmeter te installeren die voorkomt
dat de accu onder 11,9 volt leegloopt.
Wijzigingen voorbehouden!
Stroomvoorziening continuplus
Laadkabel voor aanhanger-accu
Massa (voor contact 9 en/of 10)
Contactdooscontact nr. 9
Contactdooscontact nr. 10
Contactdooscontact nr. 13
NL
23