7.2. Modi
De modus wordt met de modusschakelaar
De mini-oven beschikt over 6 modi:
Symbool
OFF
7.3. Mini-oven instellen
Kies met de modusschakelaar
Stel de gaartemperatuur in met de temperatuurregelaar
U kunt een temperatuur van ca. 65–230 °C instellen.
Het controlelampje
Om het garen te beëindigen zet u de temperatuurregelaar
modusschakelaar
Trek de stekker na elk gebruik uit het stopcontact. Laat het apparaat afkoelen en
reinig het apparaat en de accessoires (zie blz. 83).
De aanbevolen gaartijden/gaartemperaturen van vleesgerechten vindt u in de vol-
gende tabel. De aangegeven tijden zijn richtwaarden. U kunt dit aanpassen afhan-
kelijk van de hoeveelheid, het gerecht of uw eigen voorkeur. Bij de bereiding van
vleesgerechten worden de beste resultaten bereikt als u het vlees eerst op 200 °C
gedurende 15 minuten gaart en dan bij een verlaagde temperatuur van 180 °C ver-
der gaart, zoals hieronder aangegeven.
Houd er rekening mee dat sommige gerechten eventueel sneller gaar zijn dan
bij de bereiding in een traditionele oven.
Garen met circulatielucht met boven- en onderwarmte
Garen met circulatielucht met bovenwarmte
Garen met onderwarmte
Grillen met bovenwarmte
Grillen met boven- en onderwarmte
de gewenste modus.
brandt.
op OFF.
geselecteerd.
Modus
Uitgeschakeld
.
op LOW en de
DE
FR
NL
ES
IT
81