3
Installatie
3.3 Aansluiting
3.3.1 Luchtuitlaat in een afzuigkap
met afzuigkanaal
Bij de installatie van de afzuigkap met afzuigkanaal
wordt naargelang de keuze van de installateur een
harde of flexibele buis van ø 150 of 120 mm ge-
bruikt om de afzuigkap aan te sluiten op de lucht-
uitlaatpijp. De pijpaansluiting kan worden gemaakt
op het onderste gedeelte van de achterkant van de
afzuigkap.
Voordat u de afzuigkap aansluit op de luchtuitlaat-
pijp dient u het laterale luchtuitlaatrooster 8 en de
kunststoffen buis 7 te verwijderen. De aanpasbare
flens 9 moet alleen verwijderd worden als de aan-
sluitdiameter 150 mm is.
3.3.1.1 Luchtuitlaat achter
• Bij het boren van de luchtuitlaat in de wand dient
u volgens het schema betreffende het boren in
de wand te werk te gaan.
• Gebruik een tang bij het breken van de luchtuit-
laat in de wand.
• Als u een aansluiting maakt met een pijp van ø
120 mm zet u de reductieflens 9 op de uitgang
van de behuizing van de afzuigkap.
78 / 121 NL
• Bevestig de pijp met een geschikt aantal pijp-
klemmen. Dit materiaal wordt niet met de afzuig-
kap meegeleverd.
• Verwijder het koolstoffilter indien aanwezig.
• Bevestig de metalen deksel 10 op het luchtuit-
laatgat boven van de afzuigkap met de meegele-
verde schroeven.
Luchtuitlaat boven
3.3.1.2
• Als u een aansluiting maakt met een pijp van ø
120 mm zet u de reductieflens 9 op de uitgang
van de behuizing van de afzuigkap.
• Gebruik een tang als u het middengedeelte van
de metalen deksel 10 verwijderd. Bevestig de
deksel op het luchtuitlaatgat van de afzuigkap
met de meegeleverde schroeven.
• Bevestig de pijp met een geschikt aantal pijp-
klemmen. Dit materiaal wordt niet met de afzuig-
kap meegeleverd.
• Verwijder het koolstoffilter indien aanwezig.
Afzuigkap / Gebruikshandleiding