5.2 Opbouw
INFORMATIE
De proximale aansluiting van de prothesevoet is voorzien van een kunststof adapterbescher
ming. Deze beschermt het aansluitgedeelte tijdens de opbouw en het passen van de prothese
tegen krassen.
►
Verwijder de adapterbescherming voordat de patiënt de werkplaats/pasruimte verlaat.
5.2.1 Kiezen van de stijfheid
De stijfheid van de prothesevoet wordt afhankelijk van het lichaamsgewicht bepaald.
Stijfheid
Max. lichaamsgewicht [kg]
5.2.2 Basisopbouw
INFORMATIE
Gebruik de prothesevoet alleen met een hielwig.
INFORMATIE
►
Om de totale systeemhoogte voor de basisopbouw te bepalen 5-10 mm bij de afstand van
de koker tot de vloer optellen om de werking van de veer van de prothesevoet te compense
ren. Gebruik de grotere waarde wanneer het gewicht van de patiënt aan de bovenste grens
van het maximaal toegestane gewicht van de patiënt grenst.
Basisopbouw TT
Aanbevolen materialen: goniometer 662M4, meetapparaat voor de hakhoogte 743S12,
50:50-mal 743A80, opbouwapparaat (bijv. L.A.S.A.R. Assembly 743L200 of PROS.A. Assembly
743A200)
Monteer de prothesecomponenten en lijn ze uit in het opbouwapparaat zoals hieronder aange
geven:
Sagittale vlak
Hakhoogte: effectieve hakhoogte (hakhoogte schoen – zooldikte voorvoetgedeelte)
+ 10 mm
Exorotatie van de voet: ca. 5°
Sagittale uitlijning: opbouwlijn op de a–p-markeringen van de prothesevoet (zie
afb. 1)
Verbind de prothesekoker met behulp van de gekozen adapters met de prothesevoet.
Houd u bij het aanpassen en monteren aan de gebruiksaanwijzing van de adapters.
Bepaal met de 50:50-mal het midden van de prothesekoker.
Positioneer de prothesekoker zo, dat de opbouwlijn zich in het midden van de koker
bevindt.
Kokerflexie: individuele stompflexie +5°
Frontale vlak
Opbouwlijn prothesevoet: stel afhankelijk van de behoefte van de patiënt de
exorotatie in
Opbouwlijn prothesekoker: langs de laterale rand van de patella
Let op de individuele abductie- of adductiestand van de stomp.
46
Schematisch overzicht van de basisopbouw
2
70
3
90