Anleitung_BG_CS_85_E_SPK2:_
7. Bediening
Let op! Voor elke afstelling op het toestel altijd eerst
het toestel uitschakelen en de netstekker uit het
stopcontact verwijderen.
7.1 Scherp te slijpen ketting de geleiderail in
plaatsen (fig. 7)
Te dien einde de kettingvastzetschroef (1)
losdraaien.
7.2 Slijphoek overeenkomstig de gegevens van
uw ketting afstellen (fig. 8) (doorgaans tussen
30° en 35°).
Vastzetschroef voor de slijphoekafstelling (1)
losdraaien.
Gewenste slijphoek aan de hand van de schaal
(2) afstellen.
Vastzetschroef (1) terug aanhalen.
7.3 Kettingstopper afstellen (fig. 9/10)
Kettingstopper (1) op de ketting klappen
Ketting naar achteren tegen de kettingstopper (1)
trekken tot die een snijschakel (2) stopt.
Let op! Hierbij dient erop te worden gelet dat de
hoek van de gestopte snijschakel overeenkomt
met de slijphoek. Als dit niet het geval is, de
ketting met één snijschakel verder trekken.
Slijpkop (4) omlaagklappen tot de slijpschijf (5)
de scherp te slijpen kettingschakel (6) raakt. (Te
dien einde kan de ketting met de afstelschroef
van de kettingstopper (3) lichtjes naar voren en
achteren worden verplaatst).
7.4 Dieptebeperking afstellen (fig. 10 )
Slijpkop (4) omlaagklappen en slijpdiepte
afstellen m.b.v. de afstelschroef (7).
Let op! De slijpdiepte moet worden afgesteld
zodat de volledige snijkant van de snijschakel
scherp wordt geslepen.
7.5 Ketting vastzetten (fig. 7).
Kettingvastzetschroef (1) aanhalen.
7.6 Schakel slijpen (fig. 10/11)
Let op!
Gebruik het toestel alleen voor het slijpen van
zaagkettingen. Slijp of snij nooit andere
materialen.
Klem de zaagketting vóór het slijpen vast in de
geleiderail. Daardoor wordt het kantelen van de
slijpschijf door een loszittende zaagketting
voorkomen.
Leid de slijpschijf langzaam langs de zaagketting.
Wordt de slijpschijf te snel en met een ruk in
contact gebracht met de zaagketting, kan schade
02.05.2011
7:57 Uhr
Seite 23
aan de slijpschijf worden berokkend.
Wegspringende stukken kunnen letsel
veroorzaken!
Toestel met AAN-UIT-schakelaar (1)
inschakelen.
Slijpschijf (5) met slijpkop (4) voorzichtig tegen
de afgestelde schakel leiden.
Toestel met AAN-UIT-schakelaar (1)
uitschakelen.
Op die manier dient elke tweede schakel van de
ketting scherp te worden geslepen. Om te weten
wanneer elke tweede schakel van de gehele ketting
scherp geslepen is raden wij aan de eerste schakel
te merken (b.v. met krijt). Als alle snijschakels van de
ene kant scherp zijn geslepen moet de slijphoek op
hetzelfde graadgetal van de andere kant van de
hoekafstelling worden afgesteld.
Daarna kunt u beginnen (zonder verdere afstellingen
te moeten uitvoeren) de schakels van de andere kant
scherp te slijpen.
7.7 Afstand van de dieptebeperkers afstellen (fig.
12/13)
Als de ketting helemaal scherp geslepen is moet
erop worden gelet dat de afstand van de
dieptebeperkers in acht wordt genomen (de
dieptebeperkers (1) moeten lager zitten dan de
snijschakels (2)). Indien nodig, de dieptebeperkers
(1) met een vijl (3) (niet bij de levering begrepen)
conform de gegevens van uw ketting navijlen.
8. Reiniging, onderhoud en bestellen
van wisselstukken
Trek vóór alle schoonmaakwerkzaamheden de
netstekker uit het stopcontact.
8.1 Reiniging
Hou de veiligheidsinrichtingen, de ventilatiespleten
en het motorhuis zo veel mogelijk vrij van stof en
vuil. Wrijf het toestel met een schone doek af of
blaas het met perslucht bij lage druk schoon.
Het is aan te bevelen het toestel direct na elk gebruik
te reinigen.
Reinig het toestel regelmatig met een vochtige doek
en wat zachte zeep. Gebruik geen reinigings- of
oplosmiddelen; die zouden de
kunststofcomponenten van het toestel kunnen
aantasten. Let er goed op dat geen water in het
toestel terechtkomt.
NL
23