OBJ_BUCH-114-002.book Page 61 Tuesday, November 9, 2010 11:58 AM
Boorkroon verwijderen
Draag werkhandschoenen bij het wisselen
van de boorkroon. De boorkroon kan bij
langdurig gebruik van het elektrische gereed-
schap heet worden.
Draai de boorkroon 7 los met een steeksleutel
(1 1/4"-UNC-boorkroon: sleutelwijdte 41 mm;
G 1/2"-boorkroon: sleutelwijdte 22 mm). Houd
de boorkroon daarbij tegen met een tweede
steeksleutel (sleutelwijdte 36 mm) aan de twee-
kant van de uitgaande as 9.
Waterkoeling aansluiten
Als boorkronen voor nat boren tijdens het boren
onvoldoende worden gekoeld, kunnen de dia-
mantsegmenten beschadigd worden of kan de
boorkroon in het boorgat blokkeren. Let daarom
bij nat boren op voldoende watertoevoer.
Bij het vergroten van een aanwezig boorgat
moet dit zorgvuldig worden afgesloten om vol-
doende koeling van de boorkroon mogelijk te
maken.
Aangesloten slangen, afsluitventielen of
toebehoren mogen het boren niet belem-
meren.
Draai de waterkraan 11 dicht. Sluit een water-
toevoer op de kraanaansluiting 3 aan. Watertoe-
voer is mogelijk uit een mobiel waterdrukreser-
voir (toebehoren) of uit een stationaire
wateraansluiting.
Om het water op te vangen dat bij nat boren uit
het boorgat komt, hebt u een watervangring en
een allroundzuiger (beide toebehoren) nodig.
Voor de montage van de watervangring dient u
de gebruiksaanwijzing van de watervangring te
lezen en de daarin vermelde voorschriften op te
volgen.
Bosch Power Tools
Gebruik
Ingebruikneming
Let op de netspanning! De spanning van de
stroombron moet overeenkomen met de ge-
gevens op het typeplaatje van het elektri-
sche gereedschap. Met 230 V aangeduide
elektrische gereedschappen kunnen ook
met 220 V worden gebruikt.
Raadpleeg voor het begin van de werkzaam-
heden de verantwoordelijke bouwkundige,
architect of bouwopzichter over de ge-
plande boorgaten. Doorboor wapening al-
leen met goedkeuring van een bouwkundige.
Wanneer bij boorgaten wanden of vloeren
worden doorboord, moet u de desbetref-
fende ruimten beslist op obstakels contro-
leren. Sluit de plaats waar wordt gewerkt af
en zorg er met bekisting voor dat de boor-
kern niet kan vallen.
Functietest van de aardlekschakelaar
Controleer de werking van de aardlekschakelaar
2 altijd voor het begin van de werkzaamheden:
– Druk op de „RESET"-toets van de aardlek-
schakelaar. Een rode controle-indicatie geeft
aan dat de aardlekschakelaar actief is.
– Druk op de „TEST"-toets. De indicatie boven
de „RESET"-toets wordt zwart.
Inschakelen
Druk op de „RESET"-toets van de aardlekschake-
laar 2.
Stel de waterkraan 11 op doorstroming. Contro-
leer de waterstroom op de doorstromingsindi-
catie 10.
Als u wilt aanboren met half toerental, draait u
de aan/uit-schakelaar 13 in stand 1/2. De schake-
laar kan in deze stand niet worden vergrendeld.
Als u wilt boren, draait u de aan/uit-schakelaar
13 in stand I.
1 609 929 W83 | (9.11.10)
Nederlands | 61