Werkinstructies
Grasopvangbak leegmaken (4)
1. Til de veiligheidsklep op. (4a)
2. Haak de grasopvangbak uit en neem deze
naar achter toe weg.
3. Maak de grasopvangbak leeg.
4. Til de veiligheidsklep op en hang de
grasopvangbak weer in de houders. (4b)
Netaansluiting tot stand brengen
1. Sluit de connector van het verlengsnoer
aan dan elektriciteit naar de schakelaar/
connectorcombinatie (8) uitvoert.
2. Borg de kabel met de kabelhouder (9).
De lus van het netsnoer moet zo lang zijn
dat de kabelhouder van de ene naar de
andere kant kan glijden.
De motor starten (10)
Start de grasmaaier alleen op een vlakke
ondergrond, niet in hoog gras. De grond moet
vrij zijn van vreemde voorwerpen, zoals stenen.
Til of kantel de grasmaaier niet om te starten.
1. Houd de startknop van de schakelaar
ingedrukt (10a).
2. Trek de veiligheidsbeugel tegen de greep
en houd deze daar vast (10b).
3. Laat de startknop los.
Motor uitschakelen
1. Laat de veiligheidsbeugel los.
2. Wacht tot het snijmes stil staat.
Mulchen met de mulchkit (alleen ML40SR)
Bij het mulchen wordt het gemaaide gras niet
verzameld, maar blijft op het gazon liggen. De
mulch beschermt de grond tegen uitdrogen en
voorziet deze van voedingsstoff en.
De beste resultaten bereikt u, als u het gras
regelmatig ca. 2 cm maait. Alleen jong gras met
zacht bladweefsel verrot snel.
Grashoogte voor het mulchen:
Grashoogte na het mulchen: minimaal 4 cm
Mulchkit gebruiken
1. Verwijder het grasopvangsysteem (4).
2. Til de beschermklep op en plaats de
Mulchkit verwijderen
1. Til de veiligheidsklep op en ontgrendel de
2. Trek de mulchkit eruit (7b).
WERKINSTRUCTIES
maximaal 8 cm
Tips voor maaien
Pas uw loopsnelheid aan het mulchen
aan, loop niet te snel.
Attentie - gevaar voor letsel!
Verwijder of plaats de mulchkit alleen
als de motor uitgeschakeld is en het
mes stilstaat!
mulchkit in het afvoerkanaal (5).
De mulchkit moet vastklikken (6).
Als de mulchkit niet vastklikt, kunnen de
mulchkit en het mes beschadigd raken.
knop op de mulchkit (7a).
Neem goed nota van de plaatselijke
voorschriften voor het gebruik van
grasmaaiers
Derden buiten de gevarenzone houden
Maai alleen bij goede zichtomstandigheden
Duw de machine alleen in looptempo
Maai alleen met een scherp snijmes
Maai niet over obstakels (bijv. takken,
boomwortels)
Op hellend terrein, altijd over de helling
maaien. Maai niet hellingop of hellingaf
of op hellingen waar de hellingshoek 20o
overschrijdt.
Wees op hellingen heel voorzichtig bij het
veranderen van werkrichting
# Een optimale gebruiksduur wordt bereikt
door vaak maaien van het gras en zodoende
kort gehouden gras.
Behoud een constante maaihoogte 3–5 cm;
verkort het gras niet tot minder dan de helft
van de oorspronkelijke hoogte.
nl
25