7.2.6 Onderhoud van de bougie
Reinig de bougie met een koperen draadborstel.
•
Trek er de bougiestekker (fig. 11, pos. 24) met
een draaiende beweging af.
•
Verwijder de bougie met behulp van een bou-
giesleutel.
•
De assemblage gebeurt in omgekeerde
volgorde.
7.2.7 Controle van de v-snaar
Om de v-snaar te controleren verwijdert u de
v-snaarafdekking (fi g. 12, pos. 5b) zoals voorge-
steld in fi g. 12.
7.2.8 Herstelling
Na een herstelling of na een onderhoudsbeurt
dient er zich van te vergewissen dat alle veilig-
heidsrelevante onderdelen aangebracht en in
een behoorlijke staat zijn. Stukken die verwon-
dingen kunnen veroorzaken dienen voor andere
personen en kinderen ontoegankelijk te worden
bewaard.
Let op: Volgens de productaansprakelijkheidswet
zijn wij niet aansprakelijk voor schade die door
ondeskundige herstelling is veroorzaakt of als bij
wisselstukken niet de originele stukken of door
ons goedgekeurde stukken worden gebruikt. Wij
zijn evenmin aansprakelijk voor schade die te
wijten is aan ondeskundige herstellingen. Laat
herstellingen door de klantendienst of door een
geautoriseerde vakman uitvoeren. Dit geldt anal-
oog ook voor accessoires.
7.2.9 Werktijden
Wat betreft de werktijden gelieve de van kracht
zijnde wettelijke bepalingen in acht te nemen die
plaatselijk kunnen verschillen.
7.2.10 Onderhoud van de batterij
•
Let er steeds op dat uw batterij vast geïnstal-
leerd is.
•
Er moet een perfecte verbinding met het
leidingnet van de elektrische installatie ver-
zekerd zijn.
•
Batterij schoon en droog houden.
Anl_GH_PM_51_S_HW_E_SPK2.indb 76
Anl_GH_PM_51_S_HW_E_SPK2.indb 76
NL
7.3 Voorbereiding voor het opbergen van de
maaier
Waarschuwing: Verwijder de benzine niet in ges-
loten ruimten, in de buurt van vuur of tijdens het
roken. Gasdampen kunnen ontploffi ngen of brand
veroorzaken.
1. Maak de benzinetank met een benzinezuig-
pomp leeg.
2. Start de motor en laat hem draaien tot de res-
terende benzine is verbruikt.
3. Ververs de olie telkens aan het einde van het
seizoen. Te dien einde de afgewerkte motoro-
lie uit de warme motor verwijderen en verse
olie ingieten.
4. Verwijder de bougie van de cilinderkop. Giet
ca. 20 ml olie de cilinder in m.b.v. een oliekan.
Trek de startergreep langzaam zodat de olie
de cilinder binnen beschermt. Draai de bou-
gie er weer in.
5. Maak de koelribben van de cilinder en het
huis schoon.
6. Maak het hele toestel schoon om de lakverf
te beschermen.
7. Bewaar het toestel op een goed verluchte
plaats.
8. Demonteer de batterij als de grasmaaier lan-
ger dan 3 maanden wordt opgeborgen.
Voor aanwijzingen aangaande het opbergen van
de batterij wordt verwezen naar de veiligheidsins-
tructies van de batterij (punt 3.).
7.4 Voorbereiding van de maaier voor het
transport
1. Maak de benzinetank leeg (zie punt 7.3/1).
2. Laat de motor draaien tot al de resterende
benzine verbruikt is.
3. Verwijder de motorolie uit de warme motor.
4. Verwijder de bougiestekker van de bougie.
5. Maak de koelribben van de cilinder en het
huis schoon.
6. Haak de starttrekkabel los uit de haak (fi g.
3c). Draai de stermoeren los en klap de bo-
venste schuifbeugel omlaag. Let er wel op dat
de trekkabels bij het omklappen niet worden
geknikt.
7. Wind enkele lagen golfkarton tussen de bo-
venste en onderste schuifbeugel en de motor
om het schuren te voorkomen.
- 76 -
09.09.13 15:18
09.09.13 15:18