3.12. Menu KOELING
Gebruikers Menu
4/8
Verwarming
Koeling
Warmwater/Legionell
4/8
Koeling
Aktief:
StopT
Actief:
Passief:
Inertie koeling
SetT:
DTstart:
Koelunits
- +
DG:
SG:
3
SG3:
SG4:
Kamerterminals
SetT
DG:
SG:
SG3:
SG4:
Hulpkoeling X
Noodmodus:
Ondersteuningsmodus:
Koeling
Hiermee kan de modus KOELING ingesteld worden en kunnen de uitschakeltemperaturen
van actieve koeling en passieve koeling worden afgesteld. Voor buitentemperaturen onder
8
het uitschakelpunt van passieve koeling wordt de activering van de modus KOELING niet
toegelaten. Voor buitentemperaturen tussen het uitschakelpunt van passieve en actieve
koeling wordt enkel de activering van de PASSIEVE KOELING toegelaten. Voor
buitentemperaturen boven het uitschakelpunt van actieve koeling wordt enkel de
activering van de modus ACTIEVE KOELING toegelaten.
Het pictogram
is.
Inertie koeling
Geeft de referentietemperatuur van het inertiereservoir van koeling weer en laat toe de
8
3
differentieel van starttemperaturen af te stellen.
Koelunits
- +
Hiermee kan een afstelling uitgevoerd worden op de beoogde vertrektemperaturen voor
koeling, geprogrammeerd door de servicedienst. Elke schijf verhoogt of verlaagt de
vertrektemperatuur met 2 ºC.
Kamerterminals
DTc
Voor het weergeven en afstellen van de referentietemperatuur van de binnenomgeving
(SetT) en de differentieel van comforttemperatuur (DTc) van de terminals die
overeenstemmen met elke pompgroep.
Hulpkoeling X
Hiermee kan het gebruik van het hulpsysteem voor koeling worden geactiveerd, zowel in
NOODMODUS als in ONDERSTEUNINGSMODUS.
In NOODMODUS wordt het hulpsysteem automatisch geactiveerd wanneer er alarmen
actief zijn waardoor de opstart van de compressor niet toegelaten is.
In ONDERSTEUNINGSMODUS wordt het hulpsysteem automatisch geactiveerd voor de
normale productie van KOELING volgens de programmering van de servicedienst.
duidt aan dat er een uurprogrammering van de modus KOELING actief
132
Gebruikershanleiding ecoGEO