5. Brandstof en kettingolie
■ BRANDSTOF
WAARSCHUWING
• Benzine is zeer licht ontvlambaar. Rook niet, maak geen
vuur aan en voorkom dat er vonken ontstaan in de buurt
van de brandstof. Stop de motor en laat hem voldoende
afkoelen voordat u brandstof bijvult. Kies voor het bijvul-
len van de brandstof bij voorkeur een open plek buitens-
huis en start de motor op tenminste 3 m afstand van de
plek waar u de brandstof heeft bijgevuld.
• De motoren van Tanaka Kogyo worden gesmeerd door olie
die speciaal is ontwikkeld voor gebruik met luchtgekoelde
2-takt benzinemotoren. Als er geen olie van Tanaka Kogyo
verkrijgbaar is, kies dan een met een antioxidans aangevulde
olie van goede kwaliteit voor luchtgekoelde 2-taktmotoren
(JASO FC GRADE OIL of ISO EGC GRADE).
• Gebruik nooit BIA of TCW (voor watergekoelde 2-
taktmotoren) gemengde olie.
■ AANBEVOLEN MENGVERHOUDING
BENZINE 50 : OLIE 1
• De uitstoot van uitlaatgassen wordt bepaald door de
basisafstelling van de motor en de motoronderdelen
(d.w.z. carburatie, ontstekingstijdstip en poortafstelling)
zonder toevoeging van onderdelen of inert materiaal
tijdens de verbranding.
• Deze motoren zijn geschikt voor gebruik met loodvrije ben-
zine.
• Gebruik benzine met een minimum octaangehalte van
89RON (Verenigde Staten/Canada: 87AL).
• Bij gebruik van benzine met een lager octaangehalte kan
de motortemperatuur te hoog oplopen, waardoor de motor
kan vastlopen.
• Om het milieu minder te belasten verdient ongelode ben-
zine de voorkeur.
• Kwalitatief slechte brandstoffen en oliën kunnen de pakkin-
gen, brandstofleidingen en brandstoftank van de motor
aantasten.
■ MENGEN VAN BRANDSTOF
WAARSCHUWING
Zorg er door voldoende met de jerrycan te schudden voor,
dat de mengsmering goed wordt gemengd.
1. Meet de te mengen hoeveelheden benzine en olie af.
2. Giet een gedeelte van de benzine in een schone jerrycan
van goede kwaliteit.
3. Giet alle olie erbij en schud de jerrycan goed.
4. Giet de rest van de benzine er bij en schud de jerrycan
opnieuw gedurende tenminste 1 minuut. Voor een lange
levensduur van de motor is het van belang dat de meng-
smering goed wordt geschud, omdat sommige oliën stoffen
bevatten waardoor het mengen moeizaam verloopt. Houd
in gedachten dat een onvoldoende gemengde brandstof
de motor kan doen vastlopen omdat het mengsel te arm is.
5. Zet een merkteken op de buitenkant van de jerrycan om
verwisseling met gewone benzine of andere stoffen te
voorkomen.
6. Geef op de buitenkant van de jerrycan aan wat er in zit.
■ BIJVULLEN VAN DE BRANDSTOF
1. Draai de tankdop los. Leg de dop op een schone plaats neer.
2. Vul de tank voor 80% met brandstof.
3. Draai de tankdop goed vast en veeg eventueel gemorste
brandstof met een doek weg.
WAARSCHUWING
1. Bijvullen moet op vlakke, onbegroeide grond
plaatsvinden.
2. Start de motor op tenminste 3 meter afstand van de
plaats waar u de brandstof heeft bijgevuld.
3. Stop de motor voordat u brandstof bijvult. Schud de
jerrycan goed voordat u brandstof bijvult.
■ OM DE LEVENSDUUR VAN UW MOTOR TE
VERLENGEN, VERMIJDT U:
1. BRANDSTOF ZONDER MENGSMERING (GEWONE BEN-
ZINE) – Dit zal de motor erg snel beschadigen.
2. ALCOHOLBENZINE – Dit kan de rubber en/of plastic delen
aantasten en het smeersysteem van de motor verstoren.
3. OLIE VOOR 4-TAKTMOTOREN – Dit kan de bougie
vervuilen, de uitlaatpoort blokkeren of de zuigerring doen
vastlopen.
4. Mengsmering die een maand of langer ongebruikt blijft,
kan de carburateur doen verstoppen en de motor slechter
laten lopen.
5. Wanneer u de motorzaag gedurende langere tijd wilt
opbergen, reinigt u de brandstoftank nadat u hem heeft
geleegd. Start vervolgens de motor om de carburateur van
de resterende brandstof te ontdoen.
6. Lever de voor de mengsmering gebruikte jerrycans in als
klein chemisch afval wanneer u de jerrycan wilt weggooien.
OPMERKING
Lees voor de details van de kwaliteitsgarantie het hoofdstuk
Beperkte garantie zorgvuldig door. Gewone slijtage en
veranderingen van het product zonder functionele invloeden
worden niet door de garantie gedekt. Houd ook in gedachten
dat wanneer de aanwijzingen van de gebruiksaanwijzing met
betrekking tot de mengsmering, enz., niet worden
opgevolgd, de garantie kan komen te vervallen.
■ KETTINGOLIE
Gedurende het gehele jaar kunt u SAE #10W-30 motorolie
gebruiken. Ook kunt u ervoor kiezen om gedurende de zomer
SAE #30 ~ #40 en gedurende de winter SAE #20 motorolie te
gebruiken.
OPMERKING
Gebruik geen afgewerkte olie om beschadiging van de
oliepomp te voorkomen.
ECV-5601
N
L
NL-9