5
Druk op MENU/NO.
Wanneer u de functie voor het automatisch
laten aanbrengen van muziekstuknummers
inschakelt, zal "L.SYNC" oplichten.
Een muziekstuknummer wordt automatisch
aangebracht telkens wanneer het
ingangssignaal gedurende ten minste 1,5
seconde op een niveau van –50 dB
activeringsniveau van Automatic Track
Marking) of lager blijft.
1)
Fabrieksinstelling
Om het activeringsniveau van
Automatic Track Marking te wijzigen
Volg de onderstaande procedure om het
signaalniveau waarop Automatic Track
Marking wordt geactiveerd, te wijzigen.
1
Terwijl het deck is stopgezet, drukt op
MENU/NO.
2
Draai AMS (of druk herhaald op ./
>) totdat "Setup?" verschijnt en druk
daarna op PUSH ENTER of YES.
3
Draai AMS (of druk herhaald op ./
>) totdat "LS(T)" verschijnt en druk
daarna op PUSH ENTER of YES.
4
Draai AMS (of druk herhaald op ./
>) om het niveau te kiezen en druk
daarna op PUSH ENTER of YES.
U kunt het niveau in stappen van 2 dB
instellen op elke waarde tussen –72 dB en
0 dB (de fabrieksinstelling is –50 dB).
5
Druk op MENU/NO.
Tips voor het automatisch laten
aanbrengen van muziekstuknummers
• Wanneer u opneemt van een met de DIGITAL IN-
aansluiting verbonden CD-speler of MD-deck, kan
in de volgende gevallen al het materiaal als één
muziekstuk worden opgenomen:
— Wanneer u hetzelfde muziekstuk tweemaal of
vaker achter elkaar opneemt door
gebruikmaking van de functie voor herhaald
afspelen van één muziekstuk.
— Wanneer u twee of meer muziekstukken met
hetzelfde muziekstuknummer, maar van
verschillende CD's of MD's, achter elkaar
opneemt.
— Wanneer u muziekstukken van bepaalde CD- of
multi-discspelers opneemt.
• De kans bestaat dat muziekstukken van minder dan
vier seconden (in de modus Stereo, Mono en LP2
Stereo) of acht seconden (in de modus LP4 Stereo)
geen eigen muziekstuknummer krijgen toegewezen.
• Wanneer u opneemt van een component die is
verbonden met de ANALOG IN-aansluitbussen en
"T.Mark Off" is gekozen, of wanneer u opneemt van
een met de DIGITAL IN-aansluiting verbonden
DAT-deck of DBS-tuner, kan al het materiaal als één
muziekstuk worden opgenomen.
• Wanneer u opneemt van een met de DIGITAL IN-
aansluiting verbonden DAT-deck of DBS-tuner,
wordt er bij elke verandering van de
1)
(het
bemonsteringsfrequentie van het ingangssignaal een
muziekstuknummer aangebracht, ongeacht de
instelling van de parameters voor het aanbrengen
van muziekstuknummers ("T.Mark LSyn" of
"T.Mark Off").
Tip
Zelfs nadat de opname is voltooid, kunt u nog
muziekstuknummers aanbrengen. Zie "Onderverdelen
van opgenomen muziekstukken" op blz. 20.
Automatisch wissen van
stille passages (Smart Space/
Auto Cut)
Met de functie Smart Space kunt u de stille
passages tussen muziekstukken automatisch
3 seconden lang laten maken. Indien de functie
Smart Space is geactiveerd en er tijdens het
opnemen gedurende ongeveer 3 seconden of
langer (maar minder dan 30 seconden) geen
geluid wordt ingevoerd, vervangt het deck deze
stilte door een niet-opgenomen interval van
circa 3 seconden en gaat het opnemen verder.
Uit
Aan
Vervangen door niet-opgenomen interval van
circa 3 seconden en opnemen gaat door
Geen geluidsinvoer gedurende minder dan
30 seconden
wordt vervolgd
11
NL