1
2
Egy
3
4
Forgalmazza a Volkswagen Zubehör GmbH Németországban nyomtatta a Volkswagen Zubehör GmbH
Draagstangen monteren
WAARSCHUWING
Door verkeerde montage of onjuist gebruik van de draagstangen kunnen
deze van het voertuig vallen en een ongeval of ernstig lichamelijk letsel
veroorzaken.
•
Deze draagstangen kunnen zonder gereedschap worden
gemonteerd.
Dat betekent dat u geen gereedschap of andere hulpmiddelen nodig hebt,
behalve de op de drager aanwezige en in de montagehandleiding getoonde
hendels en kappen, om de dragers vast te maken. Draai a verstel geen schroef!
• Controleer vóór elke autorit en bij elke pauze tijdens een lange reis of alle
hendels en kappen volledig gesloten zijn en houders correct gemonteerd en
correct aangehaald zijn.
• Bij het rijden op slechte wegen of op heuvelachtig of bergachtig terrein
moeten alle verbindingen vaker worden gecontroleerd, bijvoorbeeld in pauzes
tijdens een lange reis.
•
Monteer speciale houders voor voorwerpen zoals fietsen, ski's en
surfplanken altijd op correcte wijze.
• Gebruik nooit riemen of andere bevestigingsmiddelen die
beschadigd, niet sterk genoeg of ongeschikt zijn om voorwerpen
op de draagstangen te bevestigen.
Opmerking
Vóór de montage van de draagstangen moeten de dakrailing en de draagstangen in
het gebied van de oplegvlakken (zie afb. 3) grondig worden gereinigd met een zachte
doek en een schoonmaakmiddel op alcoholbasis, bijv. Glasreiniger (geen zeep of
schoonmaakmiddel dat zeep bevat). De oplegvlakken moeten vrij zijn van vuil en vet.
Afbeelding 1
1.
De afdekking -1- kb. 2 cm openschuiven (pijl).
2.
De sleutel -2- insteken en 90° linksom draaien.
Afbeelding 2
1.
De afdekking -1- helemaal openschuiven en naar boven klappen
(pijl).
2.
De vergrendelingshendel -2- openklappen (pijl).
Afbeelding 3
De draagstangen zijn aan de onderkant gemarkeerd met een sticker
voor voorkant en achterkant (pijlen). De draagstangen moeten zo
gemonteerd worden dat de stickers zich aan de linker voertuigkant
bevinden.
WAARSCHUWING
Deze markeringen moeten bij het plaatsen van de draagstangen
op de railing beslist in acht worden genomen!
1.
De draagstangen zoals weergegeven op de dakrailing plaatsen. De voorste
draagstang aan beide kanten telkens met een afstand A = 260 mm t.o.v. de
voorste rand van de dakrailingvoet positioneren. De achterste draagstang met
een afstand van ca. B = 700 mm t.o.v. de voorste draagstang positioneren.
Afbeelding 4
WAARSCHUWING
De buitenste klauw moet tegen de railinggroef worden geplaatst (pijl).
1.
De vergrendelingshendel -2- dichtklappen (pijl).
2.
De afdekking -1- naar beneden klappen (pijl) en dichtschuiven tot
de eerste vergrendeling.
Machine Translated By GMT
NL
27