25. Dompel het gereedschap niet onder in een
waterplas.
26. Wanneer natte bladeren of vuil blijft kleven aan
de aanzuigmond (ventilatieopening) als gevolg
van de regen, verwijdert u deze.
Onderhoud en opbergen
1.
Zorg ervoor dat alle moeren, bouten en schroe-
ven stevig vastgedraaid zijn om er zeker van te
zijn dat de bladblazer altijd veilig kan worden
gebruikt.
2.
Als de onderdelen versleten of beschadigd
zijn, vervangt u deze door onderdelen geleverd
door Makita.
3.
Berg de bladblazer op een droge plaats op
buiten bereik van kinderen.
4.
Wanneer u de bladblazer stopt voor inspectie,
onderhoud, opslag of het verwisselen van
accessoires, schakelt u de bladblazer uit en
verzekert u zich er eerst van dat alle bewe-
gende delen volledig tot stilstand zijn geko-
men en verwijdert u daarna de accu. Laat de
bladblazer afkoelen voordat u enige werkzaam-
heden aan de bladblazer uitvoert. Onderhoud
de bladblazer zorgvuldig en houd hem schoon.
5.
Laat de bladblazer altijd eerst afkoelen voordat
u hem opbergt.
Stel de bladblazer niet bloot aan regen. Bewaar
6.
de bladblazer binnenshuis.
7.
Wanneer u de bladblazer optilt, moet u uw
knieën buigen en bent u voorzichtig uw rug
niet te bezeren.
8.
Laat het gereedschap niet onbeheerd buiten in
de regen staan.
9.
Was het gereedschap niet met water onder
hoge druk.
10. Wanneer u de machine opbergt, vermijdt u
direct zonlicht en regen, en bergt u het op een
plaats op die niet heet of vochtig wordt.
11.
Voer inspectie en onderhoud uit op een plaats
waar regen kan worden vermeden.
12. Nadat u het gereedschap hebt gebruikt, ver-
wijdert u het aanklevende vuil en laat u het
gereedschap volledig drogen voordat u hem
opbergt. Afhankelijk van het seizoen of gebied,
bestaat de kans op een storing als gevolg van
bevriezing.
13. Pak het gereedschap niet op en draag het niet
aan alleen het snoer.
14. Probeer niet het gereedschap of de accu te
wijzigen of te repareren, behalve zoals aan-
gegeven in de instructies voor gebruik en
verzorging.
Gebruik en verzorging van gereedschap dat op een
accu werkt
1.
Laad alleen op met de acculader aanbevolen
door de fabrikant. Een acculader die geschikt
is voor een bepaald type accu, kan brandgevaar
opleveren indien gebruikt met een ander type
accu.
Gebruik elektrisch gereedschap uitsluitend
2.
met de daarvoor bestemde accu. Gebruik van
andere accu's kan gevaar voor letsel of brandge-
vaar opleveren.
3.
Als de accu niet wordt gebruikt, houdt u deze
uit de buurt van metalen voorwerpen, zoals
paperclips, muntgeld, sleutels, spijkers,
schroeven en andere kleine metalen voorwer-
pen die een kortsluiting kunnen veroorzaken
tussen de accupolen. Kortsluiting tussen de
accupolen kan leiden tot brandwonden of brand.
Onder zware gebruiksomstandigheden kan
4.
vloeistof uit de accu komen. Voorkom aanra-
king! Als u er per ongeluk mee in aanraking
komt, spoelt u het er met water af. Als de vloei-
stof in uw ogen komt, raadpleegt u tevens een
arts. Vloeistof uit de accu kan irritatie en brand-
wonden veroorzaken.
5.
Gebruik geen accu of gereedschap dat
beschadigd of gewijzigd is. Beschadigde of
gewijzigde accu's kunnen onvoorspelbaar gedrag
vertonen dat kan leiden tot brand, explosie of
gevaar van letsel.
Stel een accu of gereedschap niet bloot
6.
aan vuur of buitensporige temperaturen.
Blootstelling aan vuur of temperaturen hoger dan
130 °C kunnen een explosie veroorzaken.
Volg alle oplaadinstructies en laad de accu
7.
of het gereedschap niet op buiten het tem-
peratuurbereik opgegeven in de instructies.
Verkeerd opladen of bij een temperatuur buiten
het opgegeven bereik kan de accu beschadigen
en de kans op brand vergroten.
Elektrische veiligheid en accu
1.
Werp de accu('s) niet in een vuur. De accu kan
exploderen. Raadpleeg de lokale regelgeving voor
mogelijke speciale verwerkingsvereisten.
2.
Open of vervorm de accu('s) niet. Het elektrolyt
is agressief en kan letsel toebrengen aan de ogen
en huid. Het kan giftig zijn bij inslikken.
3.
Laad de accu niet op in de regen of op een
natte plaats.
4.
Laad de accu niet buitenshuis op.
Raak de lader, inclusief de stekker en de con-
5.
tacten van de lader, niet met natte handen aan.
6.
Vervang de accu niet in de regen.
7.
Laat de aansluitpunten van de accu niet nat
worden met een vloeistof, zoals water, en
dompel de accu niet onder. Laat de accu niet
in de regen liggen en laad of berg de accu niet
op een vochtige of natte plaats op. Als de aan-
sluitpunten nat worden of vloeistof binnendringt
in de accu, kan kortsluiting ontstaan in de accu
en bestaat de kans op oververhitting, brand of
explosie.
8.
Nadat de accu vanaf het gereedschap of de
acculader is verwijderd, vergeet u niet het
accudeksel op de accu te bevestigen en deze
op een droge plaats op te bergen.
9.
Vervang de accu niet met natte handen.
10. Als de accu nat wordt, laat u het water eruit
lopen en veegt u hem af met een droge doek.
Laat de accu volledig drogen op een droge
plaats voordat u hem gebruikt.
49 NEDERLANDS