Controleer voor de ingebruikneming de netaansluitka-
bel en de netstekker op beschadigingen.
Gebruik altijd het elektrische gereedschap samen met
een PRCD-veiligheidsschakelaar (*). Controleer altijd
voor het begin van de werkzaamheden de PRCD-veilig-
heidsschakelaar (*) op juiste werking (zie pagina 53).
Emissiewaarden voor trillingen en geluid
De in deze gebruiksaanwijzing vermelde trillings- en
geluidsemissiewaarden zijn gemeten volgens een in EN
62841 genormaliseerde meetmethode en kunnen wor-
den gebruikt om elektrische gereedschappen te verge-
lijken. Zij zijn ook geschikt voor een voorlopige
beoordeling van de blootstelling aan trillingen en lawaai.
De aangegeven trillings- en geluidsemissiewaarden
vertegenwoordigen de belangrijkste toepassingen
van het elektrische gereedschap.
Indien het elektrische gereedschap echter wordt
gebruikt voor andere toepassingen, met ander inzetge-
reedschap of bij onvoldoende onderhoud, kunnen de
totale trillingswaarden en de geluidsemissiewaarden
afwijken. Dit kan de blootstelling aan trillingen en lawaai
over de gehele werkperiode aanzienlijk verhogen.
Voor een nauwkeurige schatting van de blootstelling
aan trillingen en geluid moet ook rekening worden
gehouden met de tijden dat het apparaat is uitgescha-
keld of draait, maar niet daadwerkelijk wordt gebruikt.
Dit kan de blootstelling aan trillingen en lawaai over de
gehele werkperiode aanzienlijk verminderen.
Stel aanvullende veiligheidsmaatregelen in om de
bediener te beschermen tegen de effecten van tril-
lingen en lawaai, zoals: onderhoud van elektrische
gereedschappen en inzetgereedschappen, warm
houden van de handen, organisatie van het
arbeidsproces.
Bedieningsvoorschriften.
Gebruik als koelmiddel uitsluitend koelsmeeremulsie
(olie in het water).
Neem de aanwijzingen van de fabrikant van het koel-
middel in acht.
Let erop dat het opstellingsoppervlak voor de magneet-
voet vlak, schoon en vrij van roest en ijs is. Verwijder,
lak, plamuur en andere materialen. Voorkom een lege
tussenruimte tussen magneetvoet en opstellingsopper-
vlak. Door de tussenruimte is de magnetische vast-
houdkracht minder.
Gebruik deze machine niet op hete oppervlakken.
Anders kan de magneetvasthoudkracht voor lange tijd
minder worden.
Gebruik bij werkzaamheden altijd de magneetvoet en
let erop dat de magnetische vasthoudkracht voldoende
is.
Bij werkzaamheden aan niet-magnetiseerbare materia-
len moeten geschikte, als toebehoren verkrijgbare
FEIN-bevestigingsvoorzieningen zoals een vacuümplaat
of pijpboorvoorziening worden gebruikt. Neem daar-
voor de desbetreffende gebruiksaanwijzingen in acht.
Bij werkzaamheden aan staalmateriaal met een materi-
aaldikte van minder dan 12 mm moet ter waarborging
van de magnetische vasthoudkracht het werkstuk met
een extra staalplaat worden versterkt.
Als de magneetvoet defect is, start de motor niet.
Bij overbelasting stopt de motor zelfstandig en moet
deze opnieuw worden gestart.
Gebruik alleen de beslist noodzakelijke voorwaartse
kracht. Te hoge voorwaartse krachten kunnen leiden
tot breuk van het inzetgereedschap en tot verlies van de
magnetische vasthoudkracht.
Als de stroomtoevoer wordt onderbroken terwijl de
motor loopt, voorkomt een veiligheidsschakeling het
automatisch opnieuw starten van de motor. Schakel de
motor opnieuw in.
Stop de boormotor tijdens het boren niet.
Trek de kernboor alleen terwijl de motor loopt uit het-
boorgat.
Stop de boormotor en draai de kernboor tegen de wij-
zers van de klok in voorzichtig naar buiten, in het geval-
dat de kernboor in het materiaal blijft steken.
Verwijder na elke boorbewerking de spanen en de uit-
geboorde kern.
Raak de spanen niet met uw blote hand aan.
Gebruik altijd een spanenhaak
(*** 6 42 01 001 00 0).
Verbrandingsgevaar! Het oppervlak van de mag-
neet kan hoge temperaturen bereiken. Raak de
magneet niet met uw blote hand aan.
Beschadig bij het vervangen van de boor de snijkanten
niet.
Verwijder bij het kernboren van gelaagd materiaal na
elke doorboorde laag de kern en de spanen.
Gebruik de kernboormachine niet met een defect koel-
middelsysteem. Controleer vóór elk gebruik de dicht-
heid en of er scheuren in de slang of het
koelmiddelreservoir zijn. Voorkom dat er vloeistof in
elektrische delen binnendringt.
De kernboormachine is voorzien van een beveiliging
tegen overbelasting. Wanneer de motor overbelast
raakt, wordt de kernboormachine uitgeschakeld.
PRCD-veiligheidsschakelaar (*) (zie pagina 11)
De schakelaar voor persoonlijke veiligheid PRCD is
speciaal voor uw veiligheid bedoeld. Gebruik de scha-
kelaar voor persoonlijke veiligheid niet voor het in- en
uitschakelen van het product.
Gebruik de schakelaar voor persoonlijke veiligheid niet
meer als deze beschadigd is, bijvoorbeeld door contact
met water.
De schakelaar voor persoonlijke veiligheid is absoluut
noodzakelijk en dient ter bescherming van de bediener
tegen een elektrische schok. Bij correcte werking is de
indicatie op de schakelaar voor persoonlijke veiligheid
actief.
Controleer vóór het begin van de werkzaamheden de
juiste werking van de PRCD-schakelaar:
1. Steek de stekker van de PRCD-schakelaar in de net-
contactdoos.
2. Druk op de RESET–toets. De indicatie op de schake-
laar voor persoonlijke veiligheid is actief.
3. Trek de stekker uit het stopcontact. De indicatie op
de schakelaar voor persoonlijke veiligheid is niet meer
actief.
nl
53