De stoommop maakt gebruik van kraanwater. Maar in gebieden met hard water,
gedistilleerd water moet worden gebruikt voor betere prestaties.
Zorg ervoor dat de koperen kegel in het waterreservoir altijd
ondergedompeld in water bij gebruik van de stoomreiniger.
Fig. 2b
(Zoals geïllustreerd in Fig. 2b)
Let op:
Doe nooit was- of geurstoffen in de stoommop. Dit maakt de bediening onveilig en beschadigt
het apparaat.
2. Draai aan de stoomschakelaar om de grootte van de stoomproductie aan te passen. Tijdens het
gebruik van de stoommop kunt u de stoomstroomregeling en de stoomafgifte aanpassen.
3. Zodra het apparaat volledig is gemonteerd en met water is gevuld, steekt u de stekker van het
netsnoer in een geaard stopcontact. Aan/uit-schakelaar (O/I) staat in de UIT-stand (O). Zet de
aan/uit-schakelaar (O/I) in de AAN-stand (I).
Na ongeveer 30 seconden gaat de stoomregeling aan, u kunt vervolgens de stoomafgifte aanpassen,
de mop begint stoom af te geven. Om de afgifte van stoom te stoppen, zet u de stoomregelaar uit en zet
u vervolgens de aan/uit-schakelaar (O/I) in de UIT-stand (O) (zoals weergegeven in Fig. 2c). Laat het
apparaat resetten door 30 seconden te wachten voordat u het apparaat weer inschakelt. Als je het
apparaat aanzet zonder te wachten, ontstaan er plassen. Er kunnen zich ook plassen voordoen als u
het apparaat uitzet en de stoomregelaar aan laat staan.
Zorg ervoor dat het apparaat volledig is ingeschakeld
na elk gebruik uit en losgekoppeld van het lichtnet.
4. Beweeg langzaam over het te reinigingsoppervlak.
De absorberende dweildoek neemt het vuil op
Fig. 2c
losgemaakt door de stoom. Breng de stoom royaal aan.
Houd een handdoek bij de hand en veeg eventuele
overtollig water af dat zich kan ophopen.
5. Wanneer de stoommop stopt met het afgeven van stoom, zet u het apparaat uit en haalt u de stekker
uit het stopcontact. Vul het waterreservoir opnieuw en ga verder met reinigen.
56