Stihl RM 3.1 RT Manual De Instrucciones página 83

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 113
10. Aanwijzingen voor
werken
10.1 Gebruiksmogelijkheden
De grasmaaier kan naar keuze als
mulchmaaier of als maaier met uitworp
aan de zijkant worden gebruikt.
Gebruik als mulchmaaier:
● uitwerpklep volledig sluiten. (
Gebruik als maaier met uitworp aan
zijkant:
● uitwerpklep volledig openen. (
10.2 Informatie over het mulchen
Bij het mulchen wordt het afgesneden gras
door een speciale geleiding van de
luchtstroom bij de messen meerdere
malen versnipperd en daarna weer terug
in de grasnerf geblazen. Het maaigoed
blijft op het gazon liggen.
Rottend grasafval geeft organische
voedingsstoffen aan de bodem terug en
dient zo als natuurlijke mest, bovendien
wordt de groei van onkruid vertraagd.
Door regelmatig te mulchen en het gras
kort te houden, krijgt u een mooi en dicht
gazon.
In de voornaamste groeiperiode (lente)
moet u ten minste twee keer per week, in
de zomer en in de herfst minstens een
keer per week mulchen.
Werkwijze bij het mulchen:
STIHL raadt aan alleen bij een droog
gazon en bij niet te hoog gras te mulchen.
Voorwaarden voor een fraai
mulchresultaat:
0478 111 9954 A - NL
– de optimale snijhoogte instellen: een
derde van de grashoogte moet worden
afgesneden.
– gebruik goed geslepen messen.
– varieer de Maairichting en zorg ervoor
dat de maaibanen elkaar overlappen.
Bij hoog gras het gazon in twee rondes
maaien:
Eerste ronde – gazon op de hoogste
snijhoogte voormaaien.
Tweede ronde – gazon 12 tot 24 uur na de
8.7)
eerste ronde haaks op de eerste
maairichting op de gewenste grashoogte
mulchen.
8.7)
10.3 Werkgebied van de
gebruiker
● Bij het starten en bij draaiende
verbrandingsmotor moet de gebruiker
zich om veiligheidsredenen altijd in het
werkgebied bevinden achter de
duwstang. Neem steeds de door de
duwstang bepaalde veiligheidsafstand
in acht.
● De grasmaaier mag uitsluitend door
één persoon bediend worden, derden
moeten zich buiten de gevarenzone
bevinden. (
10
4.)
11. Apparaat in gebruik
nemen
11.1 Verbrandingsmotor starten
Schade aan het apparaat
vermijden!
Verbrandingsmotor niet in hoog
gras starten. Bij moeilijk starten
hogere instelling snijhoogte
selecteren.
Na het opstarten werkt de
verbrandingsmotor dankzij de vaste
aandrijfsnelheid steeds met
optimaal toerental.
● 1 Druk de motorstopbeugel (1) naar
de duwstang en houd deze vast.
● 2 Startkabel (2) langzaam uittrekken
tot aan de compressieweerstand.
Aansluitend krachtig en snel tot de
volledige armlengte doortrekken.
Startkabel (2) langzaam terug laten
keren, zodat deze opgerold kan
worden.
Voer deze actie opnieuw uit tot de
verbrandingsmotor aanslaat.
11.2 Verbrandingsmotor
uitschakelen
● De motorstopbeugel (1) loslaten.
De verbrandingsmotor en de maaimessen
komen binnen de 3 seconden tot stilstand.
11
12
81
loading

Este manual también es adecuado para:

Rm 3 rt