NL
Plaats de stekker van de lader in de accu (II).
Steek de stekker van de lader in het stopcontact van de stroomvoorziening.
Een rode diode, dat het laden aangeeft, begint te branden.
Nadat de accu is opgeladen zal de rode diode uitgaan en een groene diode die aangeeft dat de accu is opgeladen, zal branden.
Trek de stekker van de voeding uit het stopcontact van de stroomvoorziening.
Ontkoppel de stekker van de lader van de accu.
Bevestiging van de schroefuiteinden in de schroevendraaierhouder (III)
Opgelet! Omwille van de aanwezigheid van het slagmechanisme dienen uiteinden te worden gebruikt die bestemd zijn voor ge-
bruik van slagapparaten met een groter of gelijk toerental dan het toerental van het apparaat.
Opgelet! Omwille van de aanwezigheid van het slagmechanisme is het verboden om de boren te bevestigen en ermee te werken.
In geval de boor geblokkeerd wordt in het boorgat kan het slagmechanisme de boor breken en hierdoor letsels veroorzaken.
Opgelet! De bevestiging dient te worden uitgevoerd wanneer de accu is uitgeschakeld, wat een toevallige inschakeling van het
apparaat zal voorkomen.
De schroevendraaierkop is bestemd voor toepassing van zeshoekige d.w.z. „lange" uiteinden en adapters met een lengte van ten
minste 50 mm uitgerust met een groef die ervoor zorgt van het einde in de kop geblokkeerd is. Het is verboden om uiteinden korter
van 50 mm en zonder groef toe te passen. Trek de ring van de houder vooruit en vervolgens plaats het uiteinde erin en laat de
houder los, die in zijn oorsponkelijke positie zal terugkeren. Controleer of het uiteinde op een juiste wijze in de houder geblokkeerd
werd. Indien het niet kan worden uitgetrokken, wil dit zeggen dat het uiteinde op de juiste wijze werd bevestigd.
Demonteren van het uiteinde gebeurt in een omgekeerde volgorde.
Afstelling van de toerentalrichting (IV)
Stel de schakelaar in op de gewenste positie. Op de schakelaar werd met behulp van pijlen de schroefrichting met de meest
populaire rechtse schroefdraad aangegeven. In geval van schroeven uitgerust met linkse schroefdraden zal de schroefrichring
tegengesteld zijn met de door de pijlen aangegeven richting.
Voorbereidende werkzaamheden
Alvorens met het werk te beginnen:
Bevestig het verwerkte materiaal in de bankschroef of met behulp van de daarvoor bestemde klemmen.
Gebruik het juiste werkgereedschap voor uit te voeren werk. Kies het juiste soort van uiteinde voor de boor.
Draag werkkledij en beschermingsmiddelen voor de ogen en het gehoor.
Neem het toestel met beide handen vast (VIII).
Neem een zekere en een stabiele houding aan.
Schakel de elektrische schakelaar van het toestel met je vinger in.
Opgelet! Indien er verdacht lawaai, knallen of stank worden opgemerkt, schakel het toestel onmiddelijk uit en neem de accu uit.
GEBRUIKSAANWIJZING
Het toerental en zijn snelheid zijn afhankelijk van hoe diep de schakelaar wordt ingedrukt. Het apparaat biedt geen mogelijkheid
om de aangegeven snelheid en het toerental af te stellen.
Plaats het uiteinde in de boor of op de moer en enkel dan schakel het toestel in. Dit zal de beschadiging van verbindingselementen
of het uiteinde voorkomen en het risico voor letsels verlagen.
In geval dat de schroeven in een onderlaag worden ingedraaid, is het raadzaam om een leidende opening met een diameter van
de schroefkern uit te voeren, wat vernieling van het materiaal tijdens het indraaien zal voorkomen. Het is echter ook mogelijk om
schroeven in te draaien zonder uitvoering van een leidende opening. Tijdens het indraaien op beide wijzen dienen de werkzaam-
heden met een gering toerental te worden gestart en eventueel kan het toerental tijdens het werk worden verhoogd.
In geval van schroefdraadverbindingen, bij voorbeeld bij het indraaien van schroeven in openingen met schroefdraad of het
indraaien van moeren op draadbouten, dienen de eerste toerentallen met de hand, sleutel of manuele schroevendraaier te wor-
den uitgevoerd. Na controle dat het ene element op een juiste wijze op het andere werd ingedraaid, kan het werk met de moer
beginnen. In geval van verdraaiing van de schroefdraadelementen is het raadzaam om een niet te grote druk op het apparaat uit
te oefenen. Dit kan leiden tot vernietiging van de schroefdraad.
Na het vastdraaien van de elementen zal het slagmechanisme in werking treden, wat gesignaliseerd zal worden met „slagen"
van het toerentalmechanisme, in dit geval dient de uitgeoefende druk op de schakelaar en het vastdraaien van de elementen te
worden beëindigd. Verder vastdraaien kan tot onomkeerbare schade aan de verbindingselementen leiden.
Gebruik van aanvullend gereedschap
Het is verboden het toestel tot aandrijving van aanvullende elementen te gebruiken.
O O R S P R O N K E L I J K E
I N S T R U C T I E S
80