NL
1. Over dit document
Zorgvuldig doorlezen en bewaren a.u.b.!
– Rechten uit het auteursrecht voorbehouden.
Vermenigvuldiging, ook van delen van deze
handleiding, is alleen met onze toestemming
geoorloofd.
– W zigingen in het kader van de technische voor-
uitgang voorbehouden.
Toelichting van de symbolen
!
Waarschuwing voor gevaar!
Verw zing naar tekstpassages in het
...
document.
2. Algemene veiligheidsvoorschriften
!
Voor alle werkzaamheden aan het
apparaat dient de spanningstoevoer te
worden onderbroken!
• B het installeren van deze apparaten werkt u
met netspanning. De installatie moet daarom
vakkundig volgens de geldende installatievoor-
schriften en aansluitingsvoorwaarden worden
uitgevoerd (
- VDE 0100,
-ÖVE/ÖNORM E
D
A
8001-1,
-SEV 1000).
• De lamp moet zo worden afgesteld, dat langdu-
rig in de lamp k ken op een afstand van minder
dan 0,3 m nagenoeg is uitgesloten.
• De behuizing van de lamp warmt op t dens het
gebruik. Verander de positie van het led-paneel
alleen als dit helemaal is afgekoeld. Niet van
dichtb of gedurende langere t d (> 5 min.) in de
led-lamp k ken. Dit kan tot beschadiging van het
netvlies leiden.
• Monteer het apparaat niet op (normaal) licht
ontvlambare oppervlakken.
3. XLED home 2 / XLED home 2 XL
Gebruik volgens de voorschriften
– Sensorspot geschikt voor wandmontage buiten.
– Vr draaibaar led-paneel en beweegbare sensor.
– Verkr gbaar als losse spot of gekoppeld met de
slave-versie.
Beweging schakelt licht, alarm en veel meer aan.
Door het vr draaibare paneel kan de spot worden
gebruikt voor de verlichting van huis en tuin van
particulieren en kan b commercieel gebruik b v.
het bedr fsterrein perfect worden verlicht. De uiterst
e ciënte led-technologie zorgt in combinatie met
de opalen sch f voor licht op een groot oppervlak.
Uitvoeringen
– XLED home 2
– XLED home 2 XL
B de levering inbegrepen (afb. 3.1)
Zwenkbereik sensor (afb. 3.2/3.3/5.6)
Productafmetingen (afb. 3.4/3.5)
Overzicht lamp (afb. 3.6)
A Led-paneel
B Behuizing
C Wandhouder
D Sensorunit
E Schemerinstelling
F T dinstelling
4. Elektrische installatie
• Stroomtoevoer uitschakelen (afb. 3.7)
Aansluiting stroomtoevoer
De stroomtoevoer bestaat uit een 3-polige kabel:
= fase (meestal zwart, bruin of gr s)
L
N = nuldraad (meestal blauw)
PE = aarde (groen/geel)
In geval van tw fel moeten de draden met een
spanningstester worden geïdentificeerd; vervolgens
weer spanningsvr maken. De fase (L) en nuldraad
(N) worden op het kroonsteentje aangesloten. De
aardedraad kan met behulp van de klem (E) wor-
den doorgeschakeld.
Aansluitingsdiagram (afb. 3.7)
Belangr k:
Verwisseling van de aansluitingen leidt in het
apparaat of in uw zekeringenkast tot kortsluiting. In
dit geval moeten de afzonderl ke kabels nogmaals
geïdentificeerd en opnieuw verbonden worden.
De lichtbron van deze lamp kan niet worden ver-
vangen. Mocht het noodzakel k worden om die te
vervangen (b v. aan het einde van z n levensduur),
dan moet de complete lamp worden vervangen.
– 20 –
5. Montage
• Alle onderdelen controleren op beschadigingen.
• Neem het product b beschadigingen niet in
gebruik.
• Kies een passende montageplaats; houd hierb
rekening met de reikw dte en de bewegingsre-
gistratie (afb. 4.1).
De beste bewegingsregistratie wordt bereikt, als
het apparaat z delings in de looprichting gemon-
teerd wordt en geen hindernissen (zoals b v.
bomen, muren etc.) het zicht belemmeren
(afb. 4.2/4.3).
Montagestappen
• Stroomtoevoer uitschakelen (afb. 3.7).
• Borgschroeven losdraaien (afb. 4.4).
• Behuizing (B) van de wandhouder (C) nemen
(afb. 4.5).
• Steekklem (male) van de wandhouder scheiden
(afb. 4.6).
• Boorgaten aftekenen (afb. 4.7).
• Gaten boren en pluggen plaatsen (afb. 4.8).
• Afdichtstopje plaatsen (afb. 4.9).
– Kabels in de muur (afb. 4.10).
– Kabels op de muur met afstandhouders
(afb. 4.11).
• Aansluitkabel aansluiten (afb. 4.12).
• Steekklem verbinden (afb. 4.13).
• Behuizing op wandhouder steken (afb. 4.14).
• Borgschroeven inschroeven (afb. 4.15).
• Stroomtoevoer inschakelen (afb. 4.15).
• Instellingen uitvoeren ➜ '6. Functies'
6. Functies
Fabrieksinstellingen instelknopje
Schemerinstelling (E): 2000 lux
T dinstelling (F): 8 sec.
Schemerinstelling (afb. 5.1 /E)
Traploos instelbaar
Instelknopje op
= schemerstand = ca. 2 lux
Instelknopje op
= daglichtstand, ca. 2000 lux
Opmerking: b de instelling van het registratie-
bereik b daglicht moet het instelknopje op
daglichtstand worden gezet.
T dinstelling (afb. 5.1 / F)
Instelknopje max. = langste t d, ca. 35 min.
Instelknopje min. = kortste t d, ca. 8 sec.
Opmerking: w adviseren om b de instelling van
het registratiebereik de kortste t d te kiezen.
Reikw dte-instelling/afstelling
Het registratiebereik kan naar wens optimaal wor-
den ingesteld.
Sensorunit
– Sensorunit 180° horizontaal draaien (afb. 5.3).
– Sensorunit 90° verticaal kantelen (afb. 5.6).
Afdeksticker (afb. 5.4)
Met de afdekfolie kunnen zoveel lenssegmenten als
gewenst worden afgedekt en kan dus de reikw dte
individueel worden verkleind. Foutieve schakelin-
gen worden uitgesloten of risicoplaatsen worden
doelgericht bewaakt (afb. 5.5).
Overige:
Draaibereik spotkop (afb. 3.2/3.3/5.2)
7. Gebruik/onderhoud
Voor speciale inbraakalarminstallaties is het
apparaat niet geschikt, omdat de voorgeschreven
sabotagebeveiliging hiervoor ontbreekt. Weersin-
vloeden kunnen de werking van de led-sensorspot
beïnvloeden. B hevige windvlagen, sneeuw, regen
of hagel kan een foutieve schakeling voorkomen,
omdat de plotselinge temperatuurverschillen
niet van warmtebronnen onderscheiden kunnen
worden.
De registratielens kan b vervuiling met een voch-
tige doek (zonder schoonmaakmiddel) worden
gereinigd.
8. EG-conformiteitsverklaring
Dit product voldoet aan de eisen van de volgende
normen, wetten en richtl nen:
– Laagspanningsrichtl n 2014/35/EU
– EMC-richtl n 2014/30/EU
– RoHS-richtl n 2011/65/EU
=
– WEEE 2012/19/EU
– 21 –