3
5
4
4.4.
Het apparaat met bedekkingsmateriaal in
gebruik nemen
1. Aanzuigslang (afb. 4, pos. 2) en retourslang (1) in het
reservoir met bedekkingsmateriaal dompelen.
2. Drukregelknop (3) in de gele zone op minimale druk
draaien.
3. Ontlastingsventiel (4) openen, ventielstand PRIME (k
circulatie).
4. Apparaat inschakelen (5) ON (AAN)
5. Wachten tot er bedekkingsmateriaal uit de retourslang
komt.
6. Ontlastingsventiel sluiten, ventielstand SPRAY (p
spuiten).
7. Spuitpistool meerdere keren bedienen en in een
verzamelreservoir spuiten, tot het bedekkingsmateriaal
ononderbroken uit het spuitpistool komt.
8. Druk verhogen, de drukregelknop langzaam hoger draaien
Spuitresultaat controleren, druk verhogen tot de
verstuiving optimaal is.
Drukregelknop altijd op de laagste stand zetten waarbij de
verstuiving nog goed is.
9. Het apparaat is klaar om te spuiten.
Performance Series 450e
NL
5.
Spuittechniek
Spuitgevaar. Spuit nooit zonder de bescherming
van de spuitkop. Haal NOOIT de trekker van het
pistool over wanneer de sproeikop zich niet in
de spuit- of ontstoppingsstand bevindt. Activeer
ALTIJD de grendel van de trekker van het pistool
voordat u de spuitkop verwijdert, vervangt of
reinigt.
Voor een goede verfbeurt is een gelijke coating over het hele
oppervlak uiterst belangrijk. Beweeg uw arm tegen een constant
snelheid en houd het spuitpistool op een constante afstand van
het oppervlak. De beste spuitafstand is 25 tot 30 cm tussen de
spuitkop en het oppervlak.
1
2
Houd het spuitpistool in een rechte hoek ten opzichte van het
oppervlak. Dit betekent dat u uw hele arm naar achteren en naar
voren moet bewegen in plaats van uw pols te buigen.
Houd het spuitpistool loodrecht op het oppervlak, anders wordt
een uiteinde van het patroon dikker dan het andere.
Haal de trekker van het pistool over nadat u de werkslag bent
gestart. Laat de trekker los voordat u de werkslag stopt. Het
spuitpistool zou moeten bewegen wanneer de trekker wordt
overgehaald en losgelaten. Overlap elke werkslag voor
ongeveer 30%. Dit zorgt voor een effen coating.
i
Bij zeer scherpe randzones en strepen in de
spuitstraal moet de spuitdruk worden verhoogd,
of het materiaal worden verdund.
25
25 - 30 cm
25 - 30 cm
25 - 30 cm
Spuittechniek